Nederlands
Uitgebreide vertaling voor mank (Nederlands) in het Spaans
mank:
-
mank (kreupel; lam)
paralítico; cojo; lisiado; pasado de rosca; carente; mutilado; minusválido; entumecido-
paralítico bijvoeglijk naamwoord
-
cojo bijvoeglijk naamwoord
-
lisiado bijvoeglijk naamwoord
-
pasado de rosca bijvoeglijk naamwoord
-
carente bijvoeglijk naamwoord
-
mutilado bijvoeglijk naamwoord
-
minusválido bijvoeglijk naamwoord
-
entumecido bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor mank:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
lisiado | verminkte | |
minusválido | gehandicapte; invalide | |
mutilado | verminkte | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
carente | kreupel; lam; mank | |
cojo | kreupel; lam; mank | krombenig |
entumecido | kreupel; lam; mank | geplaveid; verhard; versteend |
lisiado | kreupel; lam; mank | verminkt; verminkte |
minusválido | kreupel; lam; mank | gehandicapt; invalide; onvolwaardig |
mutilado | kreupel; lam; mank | verminkt; verminkte |
paralítico | kreupel; lam; mank | lam; verlamd |
pasado de rosca | kreupel; lam; mank |