Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. loopjes:
  2. loopje:
  3. loop:
  4. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor loopjes (Nederlands) in het Spaans

loopjes:

loopjes [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de loopjes (drafjes)
    el paseítos

Vertaal Matrix voor loopjes:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
paseítos drafjes; loopjes kuiertjes; ommetjes; rondwandelingen; rondwandelingetjes

Verwante woorden van "loopjes":


loopjes vorm van loopje:

loopje [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het loopje (wandeling; ommetje; wandeltocht; )
    la vueltecita; el paseo
    • vueltecita [la ~] zelfstandig naamwoord
    • paseo [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor loopje:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
paseo kuier; loopje; omloop; ommetje; tochtje; uitje; wandeling; wandeltocht allee; avenue; boulevard; dagreis; dreef; excursie; gang; kuiergang; laan; promenade; reis; rijtochtje; rijtoer; rit; ronde; rondreis; rondrit; rondwandeling; slentergang; slentergangetje; tocht; tochtje; toer; tour; tournee; trip; uitstapje; voetreis; voettocht
vueltecita kuier; loopje; omloop; ommetje; tochtje; uitje; wandeling; wandeltocht

Verwante woorden van "loopje":


Wiktionary: loopje


Cross Translation:
FromToVia
loopje andar; andares walk — manner of walking

loopjes vorm van loop:

loop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de loop (hardloopwedstrijd)
    la carrera; la manera de actuar; la carrerilla; la manera
  2. de loop (geweerlade)
    la caja del fusil

Vertaal Matrix voor loop:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
caja del fusil geweerlade; loop
carrera hardloopwedstrijd; loop concours; cursus; draven; ervaring; gedraaf; gehaast; gehol; gejaag; gejacht; gejakker; geren; hardloperij; kursus; leergang; partij; pot; praktijk; race; rennen; routine; strijd; studie; wedloop; wedloop van hardlopers; wedren; wedstrijd
carrerilla hardloopwedstrijd; loop
manera hardloopwedstrijd; loop gedrag; gedragslijn; gedragswijze; handelwijze; manier; methode; moedervorm; optreden; procedure; trant; wijs; wijze
manera de actuar hardloopwedstrijd; loop gedragslijn

Verwante woorden van "loop":


Wiktionary: loop

loop
noun
  1. voorste deel van een wapen

Cross Translation:
FromToVia
loop curso course — onward movement
loop curso course — path taken by a waterway
loop correr run — the act of running
loop tubo; cañón tube — Tuyau.