Nederlands

Uitgebreide vertaling voor krukken (Nederlands) in het Spaans

krukken:

krukken [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de krukken
    el taburetes

Vertaal Matrix voor krukken:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
taburetes krukken barkrukken; knoppen; nieuwe twijgen; scheuten; uitlopers

Verwante woorden van "krukken":


kruk:

kruk [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de kruk (zwengel; slinger)
    el manubrio; la péndola; el balancin
  2. de kruk (taboeret; pianokrukje; poef; krukje)
    el taburete
  3. de kruk (deurklink; klink; hendel)
    el tirador; la aldaba; el pomo; el pestillo; el picaporte
    • tirador [el ~] zelfstandig naamwoord
    • aldaba [la ~] zelfstandig naamwoord
    • pomo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • pestillo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • picaporte [el ~] zelfstandig naamwoord
  4. de kruk (klungel; klungelaar; stumper; stoethaspel)
    el mamarracho; el mequetrefe; la persona torpe
  5. de kruk (deurkruk; deurklink)
    el botones; el capullo; el botón; la asilla
    • botones [el ~] zelfstandig naamwoord
    • capullo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • botón [el ~] zelfstandig naamwoord
    • asilla [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor kruk:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aldaba deurklink; hendel; klink; kruk klopper; mattenklopper
asilla deurklink; deurkruk; kruk
balancin kruk; slinger; zwengel
botones deurklink; deurkruk; kruk drukkertjes; knoppen; piccolo; schakelaars
botón deurklink; deurkruk; kruk bloemknop; drukkertje; drukknop; greep; handel; handgreep; handvat; hendel; knop; knopje; omschakelaar; schakelaar; schakelknop
capullo deurklink; deurkruk; kruk boerenkinkel; boerenlul; cocon; groentje; heikneuter; hork; lummel; nieuwkomer
mamarracho klungel; klungelaar; kruk; stoethaspel; stumper
manubrio kruk; slinger; zwengel zwengels
mequetrefe klungel; klungelaar; kruk; stoethaspel; stumper achterlijke; dwaas; gek; geschifte; idioot; onnozelaar; waanzinnige; zwakzinnige
persona torpe klungel; klungelaar; kruk; stoethaspel; stumper boerenkinkel; brutale kerel; heikneuter; hork; hufter; kinkel; klootzak; lomperd; lomperik; proleet; vlegel
pestillo deurklink; hendel; klink; kruk beurs; deurknip; draaggrendel; grendel; knip; portefeuille; portemonnaie; portemonnee; schuif; sluitinrichting voor deur of raam
picaporte deurklink; hendel; klink; kruk deurknop; inklinking; inklinking van bout; klink
pomo deurklink; hendel; klink; kruk deurknop
péndola kruk; slinger; zwengel
taburete kruk; krukje; pianokrukje; poef; taboeret barkruk; barstoel; greep; handel; handgreep; handvat; hendel; voetenbankje; voetenplank; voetsteun
tirador deurklink; hendel; klink; kruk arkebussier; greep; handel; handgreep; handvat; hendel; klovenier; konstabel; scherpschutter; schutter; tirailleur; tractor; trekker; trekkoord
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
botón knop

Verwante woorden van "kruk":


Wiktionary: kruk


Cross Translation:
FromToVia
kruk muleta crutch — device to assist in motion as a cane
kruk taburete; silla stool — a seat
kruk muleta KrückeMedizin: mit einem Handgriff versehener Stock für an den Beinen verletzte oder gehbehinderte Personen
kruk muleta béquille — Canne surmontée d’un support
kruk banqueta; taburete tabouret — Petit siège sans dossier