Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. kozijn:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kozijn (Nederlands) in het Spaans

kozijn:

kozijn [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het kozijn (vensterkozijn)
    el bastidor; el marco
    • bastidor [el ~] zelfstandig naamwoord
    • marco [el ~] zelfstandig naamwoord

kozijn [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de kozijn (neef)
    el sobrino; el primo; el primo segundo

Vertaal Matrix voor kozijn:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bastidor kozijn; vensterkozijn chassis; frame; geraamte; onderstel; poot; raamwerk; skelet; spanraam; staander; voet
marco kozijn; vensterkozijn allegaartje; boordsel; frame; galon; geraamte; gezichtsmasker; graadmeetapparaat; graadmeter; gradenmeter; ijk; ijking; indicator; kroonlijst; mark; mengelmoes; omtrek; omzoming; oplegsel; passement; raamwerk; rand; samenraapsel; skelet; vorm; zoom
primo kozijn; neef
primo segundo kozijn; neef achterneef
sobrino kozijn; neef neef
- deurkozijn

Verwante woorden van "kozijn":

  • kozijnen, kozijns

Wiktionary: kozijn

kozijn
noun
  1. zoon van oom of tante

Cross Translation:
FromToVia
kozijn prima; primo cousin — nephew or niece of a parent
kozijn primo cousinfils ou fille de l’oncle ou de la tante d’une personne ; cousin germain.