Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. koren:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor koren (Nederlands) in het Spaans

koren:

koren [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de koren (zangkoren)
    el orfeones; el coros
    • orfeones [el ~] zelfstandig naamwoord
    • coros [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor koren:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
coros koren; zangkoren
orfeones koren; zangkoren

Verwante woorden van "koren":


Wiktionary: koren


Cross Translation:
FromToVia
koren salvado; acemite sonrésidu de la mouture du blé et d’autres céréales, provenant du péricarpe des grains.