Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
chasco
|
keerzijde; schaduwzijde
|
afgang; blamage; domper; echec; fiasco; flop; kaarsendover; mislukking; misser; teschandemaking
|
desventaja
|
keerzijde; schaduwzijde
|
minpunt; nadeel; schade; verlies; verliespunt
|
dorso
|
achterkant; achterzijde; keerzijde; ommezijde; rugzijde
|
rugstuk
|
espalda
|
keerzijde; onaangename zijde
|
achterstel; leuning; rug; rugleuning; rugzijde
|
inconveniente
|
keerzijde; schaduwzijde
|
agonie; bezwaar; grief; het klagen; klacht; kwelling; nadeel; nood; ongemak; ongerief; schade; torment; verlies; verschrikking
|
lomo
|
keerzijde; onaangename zijde
|
achterstel; leuning; rug; rugleuning; rugzijde
|
otra cara
|
keerzijde; onaangename zijde
|
bil; schaduwkant
|
otro lado
|
keerzijde; onaangename zijde
|
andere kant; andere zijde; bil; overkant; overzijde; schaduwkant
|
parte de atrás
|
achterkant; achterzijde; keerzijde; ommezijde; onaangename zijde; rugzijde
|
achterstel; leuning; ondereinde; rug; rugleuning; rugzijde
|
parte posterior
|
keerzijde; onaangename zijde
|
achterstel; leuning; rug; rugleuning; rugzijde
|
reverso
|
keerzijde; onaangename zijde
|
achterstel; schaduwkant
|
revés
|
achterkant; achterzijde; keerzijde; ommezijde; rugzijde
|
revers; rugstuk
|
vuelta
|
keerzijde; onaangename zijde
|
achterkant; achterstel; achterzijde; bocht; cirkel; dagtocht; draai; draaicirkel; excursie; inversie; keer; keerpunt; kering; kleingeld; kring; kromming; kronkel; leuning; omdraaiing; omkering; omkering van de woordvolgorde; ommedraai; ommekeer; omwenteling; rentree; revolutie; ronding; rondje; rondtocht; rondwandeling; rug; rugleuning; rugstuk; rugzijde; terugkomst; terugrit; terugtocht; terugweg; thuiskomst; toer; totale verandering; uitstapje; wending; wisselgeld; zwenking
|
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
inconveniente
|
|
argwaan opwekkend; nadelig; oneerbaar; ongunstig; ontaard; onvoordelig; onzedelijk; onzedig; verdacht
|