Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kaas (Nederlands) in het Spaans

kaas:

kaas [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de kaas
    el queso
    • queso [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor kaas:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
queso kaas

Verwante woorden van "kaas":


Verwante definities voor "kaas":

  1. uit melk gemaakt broodbeleg1
    • wil je kaas op je boterham?1

Wiktionary: kaas


Cross Translation:
FromToVia
kaas queso cheese — dairy product
kaas queso KäseLebensmittel, Speise: ein Milchprodukt
kaas queso fromagealiment moulé, obtenu à partir de la coagulation du lait suivie ou non de fermentation.

kazen:

kazen werkwoord (kaas, kaast, kaasde, kaasden, gekaasd)

  1. kazen

Conjugations for kazen:

o.t.t.
  1. kaas
  2. kaast
  3. kaast
  4. kazen
  5. kazen
  6. kazen
o.v.t.
  1. kaasde
  2. kaasde
  3. kaasde
  4. kaasden
  5. kaasden
  6. kaasden
v.t.t.
  1. heb gekaasd
  2. hebt gekaasd
  3. heeft gekaasd
  4. hebben gekaasd
  5. hebben gekaasd
  6. hebben gekaasd
v.v.t.
  1. had gekaasd
  2. had gekaasd
  3. had gekaasd
  4. hadden gekaasd
  5. hadden gekaasd
  6. hadden gekaasd
o.t.t.t.
  1. zal kazen
  2. zult kazen
  3. zal kazen
  4. zullen kazen
  5. zullen kazen
  6. zullen kazen
o.v.t.t.
  1. zou kazen
  2. zou kazen
  3. zou kazen
  4. zouden kazen
  5. zouden kazen
  6. zouden kazen
diversen
  1. kaas!
  2. kaast!
  3. gekaasd
  4. kazend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor kazen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
obstaculizar belemmeren; beperken
obstruir belemmeren; beperken
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
atiesar kazen stijf maken; stijven
coagularse kazen klonteren; koeken
cuajarse kazen klonteren; opstijven; stijf worden; stremmen
endurecerse kazen hard worden; opstijven; verharden
entorpecer kazen afstompen; krachteloos maken; kwaad doen; nadelig zijn; ontwrichten; schaden; verlammen; vervlakken
hacerse natilla kazen
obstaculizar kazen barricaderen; belemmeren; beletten; doen mislukken; dwarsbomen; dwarsliggen; een stokje steken voor; tegengaan; tegenstreven; tegenwerken; verhinderen; verijdelen; versperren; voorkomen; voorkómen; weerstreven
obstruir kazen barricaderen; bemoeilijken; moeilijker maken; versperren; zwaarder maken
solidificarse kazen tot steen worden; verstenen
volver a almidonar kazen

Verwante woorden van "kazen":


Verwante vertalingen van kaas