Nederlands
Uitgebreide vertaling voor juist (Nederlands) in het Spaans
juist:
-
juist (correct; goed; precies)
bueno; bien; justo; correcto; acertado; justamente; exacto; exactamente-
bueno bijvoeglijk naamwoord
-
bien bijvoeglijk naamwoord
-
justo bijvoeglijk naamwoord
-
correcto bijvoeglijk naamwoord
-
acertado bijvoeglijk naamwoord
-
justamente bijvoeglijk naamwoord
-
exacto bijvoeglijk naamwoord
-
exactamente bijvoeglijk naamwoord
-
-
juist (daarnet; pas; net; zojuist; zonet)
justamente; hace poco tiempo-
justamente bijvoeglijk naamwoord
-
hace poco tiempo bijvoeglijk naamwoord
-
-
juist (kloppend; waar; precies; uitgerekend)
-
juist (krek; precies; net)
justamente; precisamente; exacto-
justamente bijvoeglijk naamwoord
-
precisamente bijvoeglijk naamwoord
-
exacto bijvoeglijk naamwoord
-
-
juist (precies; exact)
exacto; con exactitud; preciso; con precisión-
exacto bijvoeglijk naamwoord
-
con exactitud bijvoeglijk naamwoord
-
preciso bijvoeglijk naamwoord
-
con precisión bijvoeglijk naamwoord
-
-
juist (adequaat; passend; geschikt; gepast)
adecuado; apropiado; debidamente; como corresponde-
adecuado bijvoeglijk naamwoord
-
apropiado bijvoeglijk naamwoord
-
debidamente bijvoeglijk naamwoord
-
como corresponde bijvoeglijk naamwoord
-
-
juist (zoëven)
Vertaal Matrix voor juist:
Verwante woorden van "juist":
Synoniemen voor "juist":
Antoniemen van "juist":
Verwante definities voor "juist":
Wiktionary: juist
juist
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• juist | → correcto | ↔ correct — free from error |
• juist | → correctamente | ↔ correctly — in a correct manner |
• juist | → justo | ↔ just — factually fair, correct |
• juist | → adecuado; adecuada | ↔ proper — fit, suitable |
• juist | → correcto; justo | ↔ right — complying with justice, correct |
• juist | → exacto; puntual; formal; correcto; justo | ↔ exact — Qui suivre rigoureusement la vérité, la convention. |
• juist | → correcto; exacto | ↔ juste — Qui est conforme au droit, à la raison et à la justice. |
• juist | → preciso | ↔ précis — Qui est entièrement déterminé, qui ne laisser place à aucune incertitude. |
• juist | → cierto; verdadero | ↔ vrai — Qui est conforme à la vérité, à ce qui est réellement. |