Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
abertura
|
insnijding; split
|
aanvang; achterbuurt; begin; buurtschap; doorkijk; eerlijkheid; gat; gehucht; gribus; inzet; kijkje; kloof; krottenbuurt; krottenwijk; lek; lekken; onbevangenheid; openhartigheid; openheid; opening; oprechtheid; rechtschapenheid; rondborstigheid; rondheid; spleet; staartstuk; start; stuit; tussenruimte; uitsparing
|
cesura
|
inkeping; insnijding; jaap; snede; snee
|
cesuur; inkeping; inkerving; keep; kerf
|
corte
|
inkeping; insnijding; jaap; snede; snee
|
binnenplaats; boterham; coiffure; coupe; coupure; cour; doorsnee; gesnij; gevolg; grendel; haarsnit; hof; hofhouding; inkeping; inkerving; keep; kerf; knip; knipje; ondereinde; onderkant; ontering; pasvorm; plak brood; salarisvermindering; schuif; sluitinrichting voor deur of raam; snede; snee; sneetje; snijvlak; snijwond; snit; uitsnede; uitsnijding; verlaging; vierhoek
|
cuchillada
|
inkeping; insnijding; jaap; snede; snee
|
boterham; inkeping; inkerving; keep; kerf; messteek; plak brood; snee; sneetje; steek; steekwond
|
entalladura
|
inkeping; insnijding; jaap; snede; snee
|
barst; boterham; gat; groef; inkeping; inkerving; kartel; keep; kerf; kerfsnede; kloof; opening; plak brood; reet; scheur; snee; sneetje; split; uitsparing
|
gravilla triturada
|
insnijding; split
|
|
hendidura
|
insnijding; split
|
barst; bergkloof; bergspleet; breuk; buurtschap; gat; gehucht; geul; gleuf; groef; groeve; kloof; krak; langwerpige uitholling; opening; rotskloof; rotsspleet; scheur; sleuf; spleet; spouw; tussenruimte; uitsparing; vaargeul
|
incisión
|
inkeping; insnijding; jaap; snede; snee
|
inkeping; inkerving; keep; kerf; snede; snee; snijwond
|
muesca
|
inkeping; insnijding; jaap; snede; snee
|
barst; gat; groef; inkeping; inkerving; keep; kerf; kerfsnede; kloof; opening; reet; scheur; split; uitsparing
|