Overzicht
Nederlands naar Spaans: Meer gegevens...
- ingeblikt:
- inblikken:
-
Wiktionary:
- inblikken → enlatar
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor ingeblikt (Nederlands) in het Spaans
ingeblikt:
-
ingeblikt (ingemaakt)
conservado; en escabeche; escabechado; en conserva-
conservado bijvoeglijk naamwoord
-
en escabeche bijvoeglijk naamwoord
-
escabechado bijvoeglijk naamwoord
-
en conserva bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor ingeblikt:
| Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| conservado | ingeblikt; ingemaakt | ingelegd |
| en conserva | ingeblikt; ingemaakt | |
| en escabeche | ingeblikt; ingemaakt | gemarineerd |
| escabechado | ingeblikt; ingemaakt | gemarineerd |
inblikken:
-
inblikken (in blik conserveren; inmaken)
conservar; adobar; derrotar; conservar en adobo; enlatar; poner en adobo-
conservar werkwoord
-
adobar werkwoord
-
derrotar werkwoord
-
conservar en adobo werkwoord
-
enlatar werkwoord
-
poner en adobo werkwoord
-
Conjugations for inblikken:
o.t.t.
- blik in
- blikt in
- blikt in
- blikken in
- blikken in
- blikken in
o.v.t.
- blikte in
- blikte in
- blikte in
- blikten in
- blikten in
- blikten in
v.t.t.
- heb ingeblikt
- hebt ingeblikt
- heeft ingeblikt
- hebben ingeblikt
- hebben ingeblikt
- hebben ingeblikt
v.v.t.
- had ingeblikt
- had ingeblikt
- had ingeblikt
- hadden ingeblikt
- hadden ingeblikt
- hadden ingeblikt
o.t.t.t.
- zal inblikken
- zult inblikken
- zal inblikken
- zullen inblikken
- zullen inblikken
- zullen inblikken
o.v.t.t.
- zou inblikken
- zou inblikken
- zou inblikken
- zouden inblikken
- zouden inblikken
- zouden inblikken
en verder
- is ingeblikt
diversen
- blik in!
- blikt in!
- ingeblikt
- inblikkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor inblikken:
| Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| adobar | in blik conserveren; inblikken; inmaken | inmaken; inpekelen; inzouten; leerlooien; looien; opzouten; tanen; zouten |
| conservar | in blik conserveren; inblikken; inmaken | behoeden; behouden; beschermen; bewaren; conserveren; in stand houden; inleggen; inmaken; inpekelen; instandhouden; invoegen; inzouten; onderhouden; opzouten; tussenleggen; verduurzamen; zouten |
| conservar en adobo | in blik conserveren; inblikken; inmaken | inmaken; inpekelen; inzouten; marineren; opzouten; toebereiden; zouten |
| derrotar | in blik conserveren; inblikken; inmaken | |
| enlatar | in blik conserveren; inblikken; inmaken | |
| poner en adobo | in blik conserveren; inblikken; inmaken | zouten |