Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
alto
|
|
halt
|
gigante
|
|
gigant; groot exemplaar; joekel; knoert; reus; titaan
|
mayor
|
|
majoor; nestor; oudste; oudste van een groep personen; senior
|
muchísimo
|
|
boel; heleboel; hoop
|
Over | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
alto
|
|
ho
|
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
a gran escala
|
enorm; heel erg; in zeer hoge mate; reuze
|
ambitieus; eerzuchtig; groot; groots; grootschalig; reuze; streverig
|
alto
|
enorm; heel erg; in zeer hoge mate; reuze
|
breed; fors; groot; hard; hardop; hoog; hoog gegroeid; hoog gerezen; hooggelegen; lang; luid; luid klinkend; luidkeels; uit de kluiten gewassen; uit volle borst
|
colosal
|
enorm; gigantisch; heel erg; immens; in zeer hoge mate; reusachtig; reuze
|
buiten proportie; enorm; fantastisch; formidabel; geducht; geweldig; gigantisch; grandioos; groots; heel groot; immens; in hoge mate; kolossaal; magnifiek; onmetelijk; prachtig; reusachtig; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk; weids; zeer groot
|
despampanante
|
enorm; gigantisch; immens; in zeer hoge mate; reusachtig
|
|
enorme
|
enorm; gigantisch; heel erg; immens; in zeer hoge mate; reusachtig; reuze
|
aanmerkelijk; aanzienlijk; angstwekkend; beduidend; behoorlijk; buiten proportie; enorm; enorm groot; enorme; fantastisch; flink; formidabel; fors; geducht; geweldig; gigantisch; groot; groots; grootschalig; heel groot; immens; in hoge mate; kolossaal; onmetelijk; onnoembaar; onoverzienbaar; ontiegelijk; ontzaglijk; ontzettend groot; prachtig; reusachtig; reuze; schromelijk; vervaarlijk; vreeswekkend; week; weids; zeer groot; zwak
|
enormemente
|
enorm; heel erg; in zeer hoge mate; reuze
|
aanmerkelijk; aanzienlijk; beduidend; behoorlijk; buiten proportie; enorm; flink; fors; groot; groots; grootschalig; ontiegelijk; reuze; schromelijk; week; zielsveel; zwak
|
gigante
|
enorm; gigantisch; heel erg; immens; in zeer hoge mate; reusachtig; reuze
|
enorm; gigantisch; heel groot; immens; kolossaal; onmetelijk; reusachtig; zeer groot
|
gigantesco
|
enorm; gigantisch; heel erg; immens; in zeer hoge mate; reusachtig; reuze
|
enorm; fantastisch; geweldig; gigantisch; grandioos; groots; heel groot; immens; kolossaal; magnifiek; onmetelijk; reusachtig; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk
|
gran
|
enorm; heel erg; in zeer hoge mate; reuze
|
aanmerkelijk; aanzienlijk; beduidend; behoorlijk; breed; enorm; flink; fors; groot; groots; grootschalig; reuze; uit de kluiten gewassen
|
grande
|
enorm; heel erg; in zeer hoge mate; reuze
|
aanmerkelijk; aanzienlijk; beduidend; behoorlijk; breed; edelmoedig; enorm; fantastisch; fier; flink; fors; genereus; geweldig; gigantisch; glorieus; grandioos; groot; groots; grootschalig; gul; immens; imponerend; imposant; indrukwekkend; kolossaal; magnifiek; massief; mild; ontzagwekkend; potig; prat; reusachtig; reuze; robuust; royaal; ruimhartig; schitterend; struis; trots; uit de kluiten gewassen; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk; vrijgevig; weids; zeer groot; zwaar; zwaargebouwd
|
ingente
|
enorm; gigantisch; immens; in zeer hoge mate; reusachtig
|
enorm; gigantisch; heel groot; immens; kolossaal; onafzienbaar; onmetelijk; onoverzienbaar; reusachtig
|
inmensamente
|
enorm; gigantisch; heel erg; immens; in zeer hoge mate; reusachtig; reuze
|
enorm; gigantisch; heel groot; immens; kolossaal; onmetelijk; reusachtig; zeer groot
|
inmenso
|
enorm; gigantisch; heel erg; immens; in zeer hoge mate; reusachtig; reuze
|
aanmerkelijk; aanzienlijk; beduidend; behoorlijk; enorm; flink; fors; gigantisch; groot; groots; grootschalig; heel groot; immens; kolossaal; onafzienbaar; onmeetbaar; onmetelijk; onoverzienbaar; ontzaglijk; reusachtig; reuze; weids; zeer groot
|
mayor
|
enorm; heel erg; in zeer hoge mate; reuze
|
aanmerkelijk; aanzienlijk; beduidend; behoorlijk; breed; enorm; flink; fors; groot; grootste; groter; grotere; hoger; hogere; ouder; oudere; uit de kluiten gewassen
|
muchísimo
|
enorm; gigantisch; heel erg; immens; in zeer hoge mate; reusachtig; reuze
|
een heleboel; enorm; gigantisch; heel erg veel; heel groot; immens; kolossaal; onmetelijk; reusachtig; verschrikkelijk veel; zeer veel
|
terriblemente
|
enorm; gigantisch; immens; in zeer hoge mate; reusachtig
|
achterbaks; bliksems; boefachtig; boosaardig; doortrapt; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gluiperig; godgeklaagd; hemeltergend; leep; listig; ontzettend; onwijs; schandalig; schandelijk; schrikaanjagend; schrikbarend; schrikwekkend; schromelijk; schurkachtig; slinks; sluw; snood; stiekem; ten hemel schreiend; uitgekookt; vals; verdraaid; verduiveld; verfoeilijk; verschrikkelijk; vreselijk; week; zeer ergerlijk; zwak
|
titánico
|
enorm; gigantisch; immens; in zeer hoge mate; reusachtig
|
titanisch
|
tremendo
|
enorm; gigantisch; heel erg; immens; in zeer hoge mate; reusachtig; reuze
|
aanmerkelijk; aanzienlijk; afgrijselijk; afschuwelijk; angstwekkend; beduidend; behoorlijk; betoverend; bliksems; dreigend; eng; enorm; extravagant; flink; fors; geducht; gigantisch; godgeklaagd; groot; groots; grootschalig; gruwelijk; hard; hardvochtig; heel groot; hemeltergend; ijzingwekkend; immens; in hoge mate; kolossaal; luisterrijk; magnifiek; onbarmhartig; ongenadig; onmetelijk; ontzettend; overmatig; prachtig; reusachtig; reuze; riant; schandalig; schandelijk; schitterend; schrikaanjagend; schrikbarend; schrikwekkend; schromelijk; ten hemel schreiend; verdraaid; verduiveld; verfoeilijk; verregaand; verschrikkelijk; vervaarlijk; vreeswekkend; vreselijk; week; zeer ergerlijk; zwak
|
vasto
|
enorm; heel erg; in zeer hoge mate; reuze
|
aanmerkelijk; aanzienlijk; beduidend; behoorlijk; breed; breedgeschouderd; enorm; flink; fors; groot; groots; grootschalig; grootscheeps; in details; reuze; uit de kluiten gewassen; uitgewerkt; uitvoerig; veelomvattend
|