Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
ajetreo
|
drukte; heisa; krakeel
|
drukte; gedoe; gedraaf; gedrang; gehaast; gehol; gejaag; gejacht; gejakker; getob; omhaal; rompslomp; toeloop; toevloed; veel gedoe
|
barullo
|
heisa; toestand
|
donderslagen; drukte; gedoe; gedonder; gedonderjaag; gedrang; geravot; gestoei; herrie; kabaal; lawaai; leven; luidruchtigheid; omhaal; oploop; rumoer; soepzootje; spektakel; stoeierij; stoeipartij; toeloop; toevloed
|
disputa
|
drukte; heisa; krakeel
|
argument; debat; discussie; dispuut; feit; gebakkelei; gebeurtenis; gedachtenverandering; gedachtewisseling; gehakketak; gekibbel; gekif; gekijf; gekrakeel; geruzie; geschil; gesprek; handgemeen; incident; kwestie; onenigheid; probleem; redestrijd; redetwist; ruzie; schermutseling; twist; twistgesprek; voorval; vraagstuk; woordenstrijd; woordenwisseling
|
embrollo
|
heisa; toestand
|
getob; intrige; plot; rompslomp; veel gedoe; verwikkeling
|
estado
|
heisa; toestand
|
beding; bepaling; beperking; beschikbaarheid; betalingsstatus; conditie; criterium; eis; gesteldheid; goedkeuringsstatus; kriterium; land; natie; omstandigheden; omstandigheid; online status; positie; rijk; situatie; staat; status; toestand; voorwaarde
|
follón
|
drukte; heisa; krakeel
|
gedonderjaag; gedram; geharrewar; gemekker; geravot; gestoei; gezanik; gezeur; stoeierij; stoeipartij
|
lío
|
drukte; heisa; krakeel; toestand
|
affaire; bos; bundel; complicatie; drukte; gedoe; geharrewar; intrige; liaison; liefdesrelatie; omhaal; plot; probleem; relatie; rottigheid; scharrelpartijtje; verhouding; verwikkeling; vrijage
|
riña
|
drukte; heisa; krakeel
|
gebakkelei; gehakketak; geharrewar; gekibbel; gekif; gekijf; gekrakeel; gelazer; geruzie; narigheid; trammelant; vechtpartij
|
situación
|
heisa; toestand
|
conditie; gesteldheid; ligging; locatie; omstandigheden; omstandigheid; plaatsbepaling; positie; situatie; staat; toestand
|