Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. gretigheid:
  2. gretig:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gretigheid (Nederlands) in het Spaans

gretigheid:

gretigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de gretigheid (begerige ijver; graagte)
    la ganas; el afán
    • ganas [la ~] zelfstandig naamwoord
    • afán [el ~] zelfstandig naamwoord
  2. de gretigheid (hebzucht; hebberigheid)
    la codicia; la avaricia; la avidez
    • codicia [la ~] zelfstandig naamwoord
    • avaricia [la ~] zelfstandig naamwoord
    • avidez [la ~] zelfstandig naamwoord
  3. de gretigheid (vraatzuchtigheid; gulzigheid; begerigheid; schrokachtigheid)
    la voracidad; la glotonería; la tragonería

Vertaal Matrix voor gretigheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afán begerige ijver; graagte; gretigheid aandrang; aandrift; ambitie; begeerte; begeren; drang; drift; eerzucht; gauwigheid; gehaastheid; geploeter; gezwindheid; gezwoeg; haast; haastigheid; heftig verlangen; hevig verlangen; ijl; impuls; instinct; lust; neiging; noeste vlijt; overijling; rapheid; rapiditeit; schielijkheid; smachten; snelheid; spoed; tempo; vaart; verlangen; vlotheid; vlugheid; wens; wensen; zucht
avaricia gretigheid; hebberigheid; hebzucht geldzucht; gier; gierigheid; hebgier; krenterigheid; schraapzucht; schraperigheid; vloeibare mest; vrekkigheid
avidez gretigheid; hebberigheid; hebzucht gier; gierigheid; inhaligheid; krenterigheid; schraapzucht; schraperigheid; vloeibare mest; vrekkigheid
codicia gretigheid; hebberigheid; hebzucht gier; gierigheid; krenterigheid; schraapzucht; schraperigheid; vloeibare mest; vrekkigheid
ganas begerige ijver; graagte; gretigheid drift; genietingen; genoegen; genot; lust; lusten; seksuele begeerte; wellust; wellusten
glotonería begerigheid; gretigheid; gulzigheid; schrokachtigheid; vraatzuchtigheid gulzigheid; vraatzucht
tragonería begerigheid; gretigheid; gulzigheid; schrokachtigheid; vraatzuchtigheid
voracidad begerigheid; gretigheid; gulzigheid; schrokachtigheid; vraatzuchtigheid gulzigheid; vraatzucht

Verwante woorden van "gretigheid":


gretigheid vorm van gretig:

gretig bijvoeglijk naamwoord

  1. gretig (happig)
    ávido; ansioso

Vertaal Matrix voor gretig:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ansioso gretig; happig begerend; begerig; hunkerend; reikhalzend; smachtend; verlangend
ávido gretig; happig begerend; verlangend; verzot

Verwante woorden van "gretig":

  • gretigheid, gretiger, gretigere, gretigst, gretigste, gretige

Synoniemen voor "gretig":


Verwante definities voor "gretig":

  1. waar je veel zin in hebt, een beetje hebberig1
    • met een gretige blik keek ze naar de taart1

Wiktionary: gretig


Cross Translation:
FromToVia
gretig ávido; codicioso avide — Qui a de l’avidité