Nederlands
Uitgebreide vertaling voor goorheid (Nederlands) in het Spaans
goorheid:
-
goorheid (groezeligheid; vuilheid)
Vertaal Matrix voor goorheid:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
cochambre | goorheid; groezeligheid; vuilheid | |
mugre | goorheid; groezeligheid; vuilheid | smerigheid; viesheid; viezigheid; vuil; vuilheid; vuiligheid |
porquería | goorheid; groezeligheid; vuilheid | bende; broddelwerk; drab; flut; geklodder; kladwerk; kliederboel; knoeierij; knoeiwerk; knutselwerk; morsigheid; prutswerk; puinhoop; puinzooi; rommel; rotzooi; slonzigheid; smeerboel; smeerlapperij; smerigheid; soepzootje; troep; verwaarloosde boel; viesheid; viespeukerij; viezigheid; vuil; vuilheid; vuiligheid; zooi; zootje; zwijnenboel; zwijnerij |
suciedad | goorheid; groezeligheid; vuilheid | drab; drek; morsigheid; obsceniteit; onzindelijkheid; prut; schuinheid; slonzigheid; smeerlapperij; smerigheid; smurrie; viesheid; viespeukerij; viezigheid; vuil; vuilbekkerij; vuile taal; vuilheid; vuiligheid; zwijnenboel |
Verwante woorden van "goorheid":
goorheid vorm van goor:
-
goor (walgelijk; weerzinwekkend; vies; ranzig; onverkwikkelijk; smerig; stuitend)
cochino; sucio; nauseabundo; asqueroso; puerco; repugnante; mugriento-
cochino bijvoeglijk naamwoord
-
sucio bijvoeglijk naamwoord
-
nauseabundo bijvoeglijk naamwoord
-
asqueroso bijvoeglijk naamwoord
-
puerco bijvoeglijk naamwoord
-
repugnante bijvoeglijk naamwoord
-
mugriento bijvoeglijk naamwoord
-