Overzicht
Nederlands naar Spaans: Meer gegevens...
-
gevat:
- inteligente; pronto a la réplica; listo; avispado; vivo; oportuno; aprovechado; ladino; zorro; ingenioso; despierto; afilado; agudo; astuto; diestro; vivaracho; mañoso; cortante; hermoso; perito; talentoso; habilidoso; bonito; claro; preciso; apretado; ducho; acre; sagaz; versado; rácano; bello; atractivo; áspero; penoso; doloroso; ajustado; puntiagudo; punzante; buen mozo; de buen ver; espabilado; muy vivo
- vatten:
- Wiktionary:
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor gevat (Nederlands) in het Spaans
gevat:
-
gevat (adrem; bijdehand; snedig; raak)
inteligente; pronto a la réplica; listo; avispado; vivo; oportuno; aprovechado; ladino; zorro; ingenioso; despierto; afilado; agudo; astuto; diestro; vivaracho-
inteligente bijvoeglijk naamwoord
-
pronto a la réplica bijvoeglijk naamwoord
-
listo bijvoeglijk naamwoord
-
avispado bijvoeglijk naamwoord
-
vivo bijvoeglijk naamwoord
-
oportuno bijvoeglijk naamwoord
-
aprovechado bijvoeglijk naamwoord
-
ladino bijvoeglijk naamwoord
-
zorro bijvoeglijk naamwoord
-
ingenioso bijvoeglijk naamwoord
-
despierto bijvoeglijk naamwoord
-
afilado bijvoeglijk naamwoord
-
agudo bijvoeglijk naamwoord
-
astuto bijvoeglijk naamwoord
-
diestro bijvoeglijk naamwoord
-
vivaracho bijvoeglijk naamwoord
-
-
gevat (scherpzinnig; slim; schrander; uitgeslapen; snedig)
mañoso; cortante; hermoso; listo; perito; ingenioso; talentoso; habilidoso; bonito; claro; preciso; apretado; ducho; acre; sagaz; versado; rácano; bello; agudo; atractivo; áspero; inteligente; oportuno; penoso; doloroso; ajustado; puntiagudo; punzante; buen mozo; de buen ver-
mañoso bijvoeglijk naamwoord
-
cortante bijvoeglijk naamwoord
-
hermoso bijvoeglijk naamwoord
-
listo bijvoeglijk naamwoord
-
perito bijvoeglijk naamwoord
-
ingenioso bijvoeglijk naamwoord
-
talentoso bijvoeglijk naamwoord
-
habilidoso bijvoeglijk naamwoord
-
bonito bijvoeglijk naamwoord
-
claro bijvoeglijk naamwoord
-
preciso bijvoeglijk naamwoord
-
apretado bijvoeglijk naamwoord
-
ducho bijvoeglijk naamwoord
-
acre bijvoeglijk naamwoord
-
sagaz bijvoeglijk naamwoord
-
versado bijvoeglijk naamwoord
-
rácano bijvoeglijk naamwoord
-
bello bijvoeglijk naamwoord
-
agudo bijvoeglijk naamwoord
-
atractivo bijvoeglijk naamwoord
-
áspero bijvoeglijk naamwoord
-
inteligente bijvoeglijk naamwoord
-
oportuno bijvoeglijk naamwoord
-
penoso bijvoeglijk naamwoord
-
doloroso bijvoeglijk naamwoord
-
ajustado bijvoeglijk naamwoord
-
puntiagudo bijvoeglijk naamwoord
-
punzante bijvoeglijk naamwoord
-
buen mozo bijvoeglijk naamwoord
-
de buen ver bijvoeglijk naamwoord
-
-
gevat (gewiekst; uitgeslapen; gehaaid; snedig)
listo; astuto; ducho; espabilado; muy vivo-
listo bijvoeglijk naamwoord
-
astuto bijvoeglijk naamwoord
-
ducho bijvoeglijk naamwoord
-
espabilado bijvoeglijk naamwoord
-
muy vivo bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor gevat:
Verwante woorden van "gevat":
Wiktionary: gevat
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• gevat | → hábil | ↔ nimble — quick-witted and alert |
• gevat | → afilado; agudo; acerbo; acre; sutil; chistoso; ocurrente; ingenioso; fino | ↔ fin — délié, menu, mince ou étroit. |
• gevat | → mental; chistoso; ocurrente; agudo; ingenioso | ↔ mental — Qui se fait, qui s’exécuter dans l’esprit, dans l’entendement. |
• gevat | → chistoso; ocurrente; agudo; ingenioso | ↔ spirituel — Qui est de la nature de l'esprit, ou qui le concerne. |
vatten:
-
vatten (gevangennemen; aanhouden; arresteren; in hechtenis nemen; oppakken; inrekenen)
encerrar; arrestar; cautivar; apresar; encarcelar; aprisionar; coger preso-
encerrar werkwoord
-
arrestar werkwoord
-
cautivar werkwoord
-
apresar werkwoord
-
encarcelar werkwoord
-
aprisionar werkwoord
-
coger preso werkwoord
-
-
vatten (grijpen; pakken; vangen; verstrikken; klauwen)
-
vatten (vastpakken; grijpen; beetgrijpen; vastgrijpen; beetnemen; beetpakken; aanpakken; vastnemen)
Conjugations for vatten:
o.t.t.
- vat
- vat
- vat
- vatten
- vatten
- vatten
o.v.t.
- vatte
- vatte
- vatte
- vatten
- vatten
- vatten
v.t.t.
- heb gevat
- hebt gevat
- heeft gevat
- hebben gevat
- hebben gevat
- hebben gevat
v.v.t.
- had gevat
- had gevat
- had gevat
- hadden gevat
- hadden gevat
- hadden gevat
o.t.t.t.
- zal vatten
- zult vatten
- zal vatten
- zullen vatten
- zullen vatten
- zullen vatten
o.v.t.t.
- zou vatten
- zou vatten
- zou vatten
- zouden vatten
- zouden vatten
- zouden vatten
en verder
- ben gevat
- bent gevat
- is gevat
- zijn gevat
- zijn gevat
- zijn gevat
diversen
- vat!
- vat!
- gevat
- vattend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor vatten:
Verwante woorden van "vatten":
Synoniemen voor "vatten":
Verwante definities voor "vatten":
Wiktionary: vatten
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• vatten | → comprender; entender; aprehender; captar; percibir | ↔ apprehend — to understand; to recognize |
• vatten | → detener | ↔ arrest — to take into legal custody |
• vatten | → alcanzar; atrapar | ↔ erfassen — (transitiv) ergreifen, mitreißen |
• vatten | → atrapar; coger | ↔ attraper — Prendre à une trappe, à un piège ou à quelque chose de semblable. |
• vatten | → atrapar; capturar | ↔ capturer — s’emparer d’un être vivant ou d’une chose. |
• vatten | → asir; agarrar | ↔ saisir — Prendre vivement. |