Nederlands
Uitgebreide vertaling voor geslingerd (Nederlands) in het Spaans
geslingerd:
-
geslingerd (gekronkeld; slingerend)
Vertaal Matrix voor geslingerd:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
serpenteado | gekronkeld; geslingerd; slingerend | |
torcido | gekronkeld; geslingerd; slingerend | dwars; gebogen; gedraaid; gekromd; hellend; krom; scheef; schuin; schuin aflopend; steil; verbogen; verdraaid; verwrongen |
geslingerd vorm van slingeren:
-
slingeren (heen en weer zwaaien; schommelen; wiebelen; wiegen)
balancearse-
balancearse werkwoord
-
-
slingeren (zwaaien; heen en weer zwaaien; zwenken)
oscilar; tambalear; balancearse; hacer eses-
oscilar werkwoord
-
tambalear werkwoord
-
balancearse werkwoord
-
hacer eses werkwoord
-
-
slingeren (gooien)
-
slingeren (bengelen)
-
slingeren (rondslingeren)
oscilar; tambalearse; serpentear; hacer eses-
oscilar werkwoord
-
tambalearse werkwoord
-
serpentear werkwoord
-
hacer eses werkwoord
-
Conjugations for slingeren:
o.t.t.
- slinger
- slingert
- slingert
- slingeren
- slingeren
- slingeren
o.v.t.
- slingerde
- slingerde
- slingerde
- slingerden
- slingerden
- slingerden
v.t.t.
- heb geslingerd
- hebt geslingerd
- heeft geslingerd
- hebben geslingerd
- hebben geslingerd
- hebben geslingerd
v.v.t.
- had geslingerd
- had geslingerd
- had geslingerd
- hadden geslingerd
- hadden geslingerd
- hadden geslingerd
o.t.t.t.
- zal slingeren
- zult slingeren
- zal slingeren
- zullen slingeren
- zullen slingeren
- zullen slingeren
o.v.t.t.
- zou slingeren
- zou slingeren
- zou slingeren
- zouden slingeren
- zouden slingeren
- zouden slingeren
en verder
- ben geslingerd
- bent geslingerd
- is geslingerd
- zijn geslingerd
- zijn geslingerd
- zijn geslingerd
diversen
- slinger!
- slingert!
- geslingerd
- slingerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor slingeren:
Verwante woorden van "slingeren":
Wiktionary: slingeren
slingeren
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• slingeren | → curvar; serpentear | ↔ mäandern — Geographie: (bezogen auf Flüsse, Bäche) einen gewundenen Verlauf wie der Mäander aufweisen, sich in Mäanderform bewegen |
• slingeren | → tirar; lanzar; arrojar | ↔ sling — to throw |
• slingeren | → perturbar; sacudir | ↔ agiter — Traductions à trier suivant le sens |
• slingeren | → blandir; tremolar | ↔ brandir — agiter dans sa main une arme, comme si on se préparer à frapper. |
• slingeren | → oscilar | ↔ osciller — Se mouvoir alternativement en deux sens contraires. |
• slingeren | → zigzaguear | ↔ zigzaguer — Ne pas aller droit ; faire des zigzags. |