Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. geschenk:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor geschenk (Nederlands) in het Spaans

geschenk:

geschenk [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de geschenk (cadeau; kado; aardigheid; presentje; present)
    el regalo; la donación; la donaciones; el donativos

Vertaal Matrix voor geschenk:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
donaciones aardigheid; cadeau; geschenk; kado; present; presentje donaties; giften
donación aardigheid; cadeau; geschenk; kado; present; presentje dienst; donatie; gift; gunst; schenking
donativos aardigheid; cadeau; geschenk; kado; present; presentje donaties; giften
regalo aardigheid; cadeau; geschenk; kado; present; presentje aardigheid; cadeautje; traktatie

Wiktionary: geschenk


Cross Translation:
FromToVia
geschenk regalo; presente gift — Something given to another voluntarily, without charge
geschenk regalo Geschenk — Übertragung des Eigentums an einer Sache ohne Erwartung einer Gegenleistung
geschenk regalo Geschenk — die in Form eines Geschenkes[1] überlassene Sache (oft liebevoll verpackt)
geschenk regalo; obsequio; presente cadeauprésent, objet que l’on offrir à quelqu’un sans rien attendre en retour, dans l'intention de le surprendre ou de lui être agréable.

Verwante vertalingen van geschenk