Overzicht
Nederlands naar Spaans: Meer gegevens...
- geestelijk:
-
Wiktionary:
- geestelijk → mental, espiritual
- geestelijk → mental, espiritual, intelectual, chistoso, ocurrente, agudo, ingenioso
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor geestelijk (Nederlands) in het Spaans
geestelijk:
-
geestelijk (psychisch; psychische)
-
geestelijk (religieus; gelovig; kerkelijk; vroom; godvruchtig; godsdienstig)
religioso; creyente; espiritual; eclesiástico; consagrado; dedicado; sagrado; pastoral; devoto; devotamente; iglesero; con devoción-
religioso bijvoeglijk naamwoord
-
creyente bijvoeglijk naamwoord
-
espiritual bijvoeglijk naamwoord
-
eclesiástico bijvoeglijk naamwoord
-
consagrado bijvoeglijk naamwoord
-
dedicado bijvoeglijk naamwoord
-
sagrado bijvoeglijk naamwoord
-
pastoral bijvoeglijk naamwoord
-
devoto bijvoeglijk naamwoord
-
devotamente bijvoeglijk naamwoord
-
iglesero bijvoeglijk naamwoord
-
con devoción bijvoeglijk naamwoord
-
-
geestelijk (immaterieel; onstoffelijk)
espiritual; inmaterial; incorpóreo; incorporal-
espiritual bijvoeglijk naamwoord
-
inmaterial bijvoeglijk naamwoord
-
incorpóreo bijvoeglijk naamwoord
-
incorporal bijvoeglijk naamwoord
-
-
geestelijk (innerlijk; inwendig)
interno; innata; interior; internamente-
interno bijvoeglijk naamwoord
-
innata bijvoeglijk naamwoord
-
interior bijvoeglijk naamwoord
-
internamente bijwoord
-
Vertaal Matrix voor geestelijk:
Verwante woorden van "geestelijk":
Antoniemen van "geestelijk":
Verwante definities voor "geestelijk":
Wiktionary: geestelijk
geestelijk
Cross Translation:
adjective
-
met betrekking tot de geest
- geestelijk → mental; espiritual
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• geestelijk | → mental | ↔ mental — relating to the mind |
• geestelijk | → espiritual | ↔ spiritual — of or pertaining to the spirit or the soul |
• geestelijk | → mental; intelectual | ↔ geistig — den menschlichen Geist, die Gedanken betreffend |
• geestelijk | → mental | ↔ intellectuel — Qui appartient à l’intellect, qui est dans l’entendement. |
• geestelijk | → mental; chistoso; ocurrente; agudo; ingenioso | ↔ mental — Qui se fait, qui s’exécuter dans l’esprit, dans l’entendement. |