Nederlands
Uitgebreide vertaling voor geïmiteerd (Nederlands) in het Spaans
geïmiteerd:
-
geïmiteerd (nagemaakt; nagebootst)
copiado; imitado; falsificado-
copiado bijvoeglijk naamwoord
-
imitado bijvoeglijk naamwoord
-
falsificado bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor geïmiteerd:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
copiado | geïmiteerd; nagebootst; nagemaakt | afgedrukt; afgekeken; afgeschreven; afgezien; geprint; gespiekt; overgeschreven |
falsificado | geïmiteerd; nagebootst; nagemaakt | achterbaks; bedriegelijk; doortrapt; gefingeerd; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gluiperig; kwaadwillig; leep; listig; met slechte intentie; nagemaakt; nep; onecht; onwaar; slecht; slinks; sluw; snood; stiekem; uitgekookt; vals; vervalst |
imitado | geïmiteerd; nagebootst; nagemaakt |
Verwante woorden van "geïmiteerd":
geïmiteerd vorm van imiteren:
Conjugations for imiteren:
o.t.t.
- imiteer
- imiteert
- imiteert
- imiteren
- imiteren
- imiteren
o.v.t.
- imiteerde
- imiteerde
- imiteerde
- imiteerden
- imiteerden
- imiteerden
v.t.t.
- heb geïmiteerd
- hebt geïmiteerd
- heeft geïmiteerd
- hebben geïmiteerd
- hebben geïmiteerd
- hebben geïmiteerd
v.v.t.
- had geïmiteerd
- had geïmiteerd
- had geïmiteerd
- hadden geïmiteerd
- hadden geïmiteerd
- hadden geïmiteerd
o.t.t.t.
- zal imiteren
- zult imiteren
- zal imiteren
- zullen imiteren
- zullen imiteren
- zullen imiteren
o.v.t.t.
- zou imiteren
- zou imiteren
- zou imiteren
- zouden imiteren
- zouden imiteren
- zouden imiteren
en verder
- ben geïmiteerd
- bent geïmiteerd
- is geïmiteerd
- zijn geïmiteerd
- zijn geïmiteerd
- zijn geïmiteerd
diversen
- imiteer!
- imiteert!
- geïmiteerd
- imiterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor imiteren:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
seguir | imiteren; nabootsen; nadoen; navolgen | aanhouden; achternagaan; achternalopen; bijhouden; continueren; doorgaan; doorwerken; een stapje verder gaan; gehoorzamen; gevolg geven aan; komen na; luisteren; nakomen; nalopen; navolgen; opvolgen; prolongeren; verdergaan; vervolgen; volgen; voortgaan; voortzetten |
Wiktionary: imiteren
imiteren
Cross Translation:
verb
-
doen wat iemand anders doet
- imiteren → imitar
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• imiteren | → imitar; remedar | ↔ ape — imitate |
• imiteren | → imitar | ↔ imitate — to follow as a model |
• imiteren | → imitar; remedar | ↔ mock — to mimic |
• imiteren | → imitar | ↔ imitieren — etwas nach dem Muster, Vorbild von etwas Anderem tun |
• imiteren | → imitar | ↔ imiter — Traductions à trier suivant le sens |