Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. fresco:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor fresco (Nederlands) in het Spaans

fresco:

fresco [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het fresco
    el fresco
    • fresco [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor fresco:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fresco fresco frisheid; kilte; koelte; kou; koude; ondeugd; zedelijke slechtheid; zonde
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fresco aanmatigend; fris; frisjes; gekoeld; gemoedereerd; kil; koel; koeltjes; koud en vochtig; koudmakend; losjes; luchthartig; luchtig; nieuw; nieuwbakken; onbedorven; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; pril; respectloos; speels; vers; versgebakken; vlegelachtig; vroeg

Wiktionary: fresco

fresco
noun
  1. muurschildering met waterverf op een verse laag kalk

Cross Translation:
FromToVia
fresco fresco fresco — technique
fresco fresco fresco — painting made using this technique
fresco fresco FreskoKunstwissenschaft: auf noch frischem, feuchtem Putz aus Kalk angefertigte Wand- oder Deckenmalerei
fresco fresco fresque — Technique de peinture (1)
fresco fresco fresque — Peinture utilisant cette technique (2)