Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. cello:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor cello (Nederlands) in het Spaans

cello:

cello [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de cello (violoncel)
    el violonchelo; el violoncelo

Vertaal Matrix voor cello:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
violoncelo cello; violoncel
violonchelo cello; violoncel

Verwante woorden van "cello":

  • cellootje

Wiktionary: cello


Cross Translation:
FromToVia
cello violonchelo; chelo cello — musical instrument
cello violoncelo violoncelle — (musique) Instrument à cordes frottées, en forme de gros violon, au registre des notes plus basses, que le musicien tient verticalement entre ses jambes, et dont il frotter les cordes avec un archet.

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van cello