Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Spaans ->Vertaal broodje

Vertaal broodje van Nederlands naar Spaans

Overzicht

Nederlands naar Spaans: Meer gegevens...

broodje:
- bocadillo; panecillo; bollo
brood:
- pan
Wiktionary:
- broodje → panecillo, bocadillo
- broodje → panecillo, bocadillo, rosca
- brood → pan

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor broodje (Nederlands) in het Spaans

broodje:

broodje [het ~] zelfstandig naamwoord

het broodje (kadetje; puntje)
el bocadillo; el panecillo; el bollo
- bocadillo [el ~] zelfstandig naamwoord
- panecillo [el ~] zelfstandig naamwoord
- bollo [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor broodje:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bocadillo	broodje; kadetje; puntje	boterham; kleine punt; plak brood; puntje; snee; sneetje
bollo	broodje; kadetje; puntje	bal; bluts; bobbel; bol wol; bolling; buil; bult; deuk; gezwel; harses; instulping; kleine punt; knobbel; knoest; kwast; opgezwollen plek; opzetting; pukkel; puntje; tumor; zwelling
panecillo	broodje; kadetje; puntje	kleine punt; puntje

Verwante woorden van "broodje":

broodjes, brood

Wiktionary: broodje

broodje

noun

klein brood, vaak versierd, belegd of in een speciale vorm, voor één persoon
- broodje → panecillo; bocadillo

Cross Translation:

From	To	Via
• broodje	→ panecillo; bocadillo	↔ Brötchen — mittel- und niederdeutsch: kleines, rundliches oder längliches aus Mehl hergestelltes Gebäck
• broodje	→ rosca	↔ roll — shortened raised biscuit or bread

brood:

brood [de ~] zelfstandig naamwoord

de brood
el pan
- pan [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor brood:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
pan	brood

Verwante woorden van "brood":

broodje

Verwante definities voor "brood":

dagelijks voedsel gebakken van deeg¹
- wil jij kaas op je brood?¹

Wiktionary: brood

Cross Translation:

From	To	Via
• brood	→ pan	↔ bread — baked dough made from cereals
• brood	→ pan	↔ loaf — block of bread
• brood	→ pan	↔ Brot — kein Plural: aus weißem, dunklem Mehl oder Mehlmischungen, Wasser, Salz (und ggf. Sauerteig) gebackenes Nahrungsmittel
• brood	→ pan	↔ pain — Aliment

¹Muiswerk Woordenboek