Overzicht
Nederlands naar Spaans: Meer gegevens...
- branche:
-
Wiktionary:
- branche → disciplina, ramo, dominio, especialidad
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor branche (Nederlands) in het Spaans
branche:
-
de branche (bedrijfstak; economische sector)
-
de branche (beroepsgroep)
-
de branche (branche-element; voorwaardelijke branche)
Vertaal Matrix voor branche:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
línea de negocios | beroepsgroep; branche | |
profesión | beroepsgroep; branche | ambacht; ambt; beroep; broodwinning; kostwinning; metier; métier; professie; stiel; vak; werk |
rama | branche; branche-element; voorwaardelijke branche | afdeling; aftakking; boomtak; deelsoort; departement; detachement; driesprong; ent; gezichtsrimpel; loot; rimpel; sectie; splitsing; tak; takje; twijg; vertakking; wegsplitsing |
ramo | beroepsgroep; branche | afdeling; bloemetje; boomtak; bos bloemen; departement; detachement; ent; sectie; tak |
ramo de la industria | bedrijfstak; branche; economische sector | |
Not Specified | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
elemento de rama | branche; branche-element; voorwaardelijke branche | |
rama | vertakking | |
rama condicional | branche; branche-element; voorwaardelijke branche |
Verwante woorden van "branche":
Wiktionary: branche
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• branche | → disciplina | ↔ discipline — category in which a certain activity belongs |
• branche | → ramo | ↔ discipline — specific branch or knowledge or learning |
• branche | → dominio | ↔ domaine — Propriété d’une assez vaste étendue et contenant des biens-fonds de diverse nature. (Sens général) |
• branche | → especialidad | ↔ spécialité — caractère de ce qui est spécial. |