Nederlands

Uitgebreide vertaling voor boef (Nederlands) in het Spaans

boef:

boef [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de boef (schurk; schobbejak; fielt)
    el trasto; el niño travieso; el criminal; la niña traviesa; el pícaro; el delincuente; el bribón; el desalmado; el pillo; el sinvergüenza; el galopín; el vicio; el canalla; el granuja; el chinche; el truhán; el tunante; el rufián; el pillete; el pillastre; la malapieza; el granujita
  2. de boef (galgentronie; galgenbrok; snaak)
    el payaso; el bufón; el guasón; el pícaro; el bromista; el pillo; el bribón; la malapieza
    • payaso [el ~] zelfstandig naamwoord
    • bufón [el ~] zelfstandig naamwoord
    • guasón [el ~] zelfstandig naamwoord
    • pícaro [el ~] zelfstandig naamwoord
    • bromista [el ~] zelfstandig naamwoord
    • pillo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • bribón [el ~] zelfstandig naamwoord
    • malapieza [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor boef:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bribón boef; fielt; galgenbrok; galgentronie; schobbejak; schurk; snaak aartsbedrieger; aartsleugenaar; bandiet; bastaard; boosdoener; booswicht; buitenechtelijk kind; deugniet; doortrapte leugenaar; fielt; guit; lelijkerd; mispunt; naarling; olijkerd; onverlaat; paljas; picaro; rakker; rekel; rotzak; schalk; schavuit; schelm; schoft; slechtaard; smeerlap; smiecht; snaak; snoodaard; spitsboef; stinkerd
bromista boef; galgenbrok; galgentronie; snaak agonie; deugniet; ergernis; fopper; grapjas; grappenmaker; grief; guit; hinder; komiek; kwelling; lolbroek; nood; olijkerd; overlast; paljas; rakker; schalk; snaak; stinkerd; torment; verschrikking
bufón boef; galgenbrok; galgentronie; snaak achterlijke; deugniet; dommerik; dwaas; gek; gek iemand; guit; hansworst; hofnar; idioot; kwast; kwibus; nar; olijkerd; onbenul; onnozelaar; onnozele kerel; paljas; rakker; schalk; simpele ziel; snaak; stinkerd; zot
canalla boef; fielt; schobbejak; schurk achterbaks persoon; bandiet; boosdoener; booswicht; canaille; deugniet; gajes; geboefte; gebroed; gemenerik; gespuis; guit; hoerenjong; klootzak; kuttenkop; lelijkerd; loeder; onverlaat; pleurislijder; pleurislijer; ploert; rakker; schoft; schorriemorrie; slechtaard; smeerlap; snaak; snoodaard; soepzootje; stinkerd; tuig; uitschot
chinche boef; fielt; schobbejak; schurk lelijkerd; ondeugd; pestkop; sarder; treiteraar; wandluis; zedelijke slechtheid; zonde
criminal boef; fielt; schobbejak; schurk crimineel; delinquent; misdadiger
delincuente boef; fielt; schobbejak; schurk crimineel; delinquent; misdadiger
desalmado boef; fielt; schobbejak; schurk
galopín boef; fielt; schobbejak; schurk kajuitsjongen; rekel; scheepsjongen
granuja boef; fielt; schobbejak; schurk bandiet; bengel; boefje; boerenkinkel; boosdoener; booswicht; deugniet; eikel; fielt; heikneuter; hond; hork; hufter; jongens; kinkel; klootzak; kwajongen; lomperd; lul; oetlul; ondeugd; onverlaat; picaro; proleet; rakkers; rekel; schavuit; schelm; schobbejak; schoelje; schoft; slechtaard; smeerlap; smiecht; smiek; snoodaard; sodemieter; stouterd; vlegel
granujita boef; fielt; schobbejak; schurk
guasón boef; galgenbrok; galgentronie; snaak deugniet; grappenmaker; guit; komiek; mallerd; olijkerd; paljas; pias; rakker; schalk; snaak; stinkerd; uilenspiegel
malapieza boef; fielt; galgenbrok; galgentronie; schobbejak; schurk; snaak
niña traviesa boef; fielt; schobbejak; schurk
niño travieso boef; fielt; schobbejak; schurk
payaso boef; galgenbrok; galgentronie; snaak clown; deugniet; dwaas; grappenmaker; guit; harlekijn; idioot; komiek; mallerd; olijkerd; onnozelaar; paljas; pias; pierrot; potsenmaker; rakker; schalk; schertsfiguur; snaak; stinkerd; uilenspiegel
pillastre boef; fielt; schobbejak; schurk
pillete boef; fielt; schobbejak; schurk stouterd
pillo boef; fielt; galgenbrok; galgentronie; schobbejak; schurk; snaak bengel; boefje; deugniet; kwajongen; leperd; leperik; ondeugd; rekel; schavuit; schelm; stouterd; vlegel
pícaro boef; fielt; galgenbrok; galgentronie; schobbejak; schurk; snaak crimineel; delinquent; deugniet; guit; misdadiger; olijkerd; paljas; picaro; rakker; rekel; schalk; schavuit; schelm; snaak; stinkerd; stouterd
rufián boef; fielt; schobbejak; schurk pooier; souteneur
sinvergüenza boef; fielt; schobbejak; schurk brutale kerel; crimineel; delinquent; galbak; misdadiger
trasto boef; fielt; schobbejak; schurk geitenbreier; lammeling; lamzak; lanterfanter; lapzwans; leegloper; lijntrekker; nietsnut; niksnut; onding; slampamper; slapkous
truhán boef; fielt; schobbejak; schurk grappenmaker; potsenmaker
tunante boef; fielt; schobbejak; schurk bengel; blaag; boefje; deugniet; fielt; jongens; kwajongen; lelijkerd; mispunt; naarling; ondeugd; rakkers; rekel; rotzak; schavuit; schelm; schoelje; schoft; smeerlap; smiecht; smiek; stinkerd; stouterd; vlegel
vicio boef; fielt; schobbejak; schurk ondeugd; zedelijke slechtheid; zonde
- crimineel; schurk
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bufón uiig
canalla achterbaks; boefachtig; boosaardig; doortrapt; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gluiperig; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; leep; listig; onedel; schurkachtig; slinks; sluw; snood; stiekem; uitgekookt; vals
chinche pesterig
criminal banaal; boefachtig; boosaardig; crimineel; criminele; gemeen; gluiperig; grof; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; lomp; misdadig; onedel; plat; platvloers; schunnig; schurkachtig; strafrechtelijk; strafrechterlijke; triviaal; vals; vunzig; wederrechtelijke
desalmado amoreel; immoreel; onzedelijk; onzedig; sfeerloos; zedeloos; zonder sfeer
pillo bengelachtig; guitig; kwajongensachtig; ondeugend; schalkachtig; schalks; schelmachtig; schelms; snaaks; spotachtig
pícaro bengelachtig; guitig; kwajongensachtig; loszinnig; ondeugend; schalkachtig; schalks; schelmachtig; schelms; snaaks; spotachtig
sinvergüenza achterbaks; boefachtig; boosaardig; doortrapt; geestig; gehaaid; geinig; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gluiperig; grappig; in het geniep; koddig; komiek; komisch; lachwekkend; leep; leuk; listig; lollig; ploerterig; ploertig; schurkachtig; slinks; sluw; smiechterig; snood; stiekem; uitgekookt; vals

Verwante woorden van "boef":


Synoniemen voor "boef":


Verwante definities voor "boef":

  1. ondeugend kind1
    • die Bas is een echte boef!1
  2. iemand die slechte dingen doet1
    • de politie achtervolgt de boef1

Wiktionary: boef

boef
noun
  1. 1.iemand die zich onbehoorlijk of misdadig gedraagt

Cross Translation:
FromToVia
boef canalla; bribona; bribón; granuja Halunke(abwertend)