Overzicht
Nederlands naar Spaans: Meer gegevens...
- berucht:
-
Wiktionary:
- berucht → mal reputado
- berucht → infame, infamia, de mala fama, notorio
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor berucht (Nederlands) in het Spaans
berucht:
-
berucht (notoir)
notorio; famoso; archiconocido; bien conocido; de mala fama; consabido; de sobra conocido; muy conocido-
notorio bijvoeglijk naamwoord
-
famoso bijvoeglijk naamwoord
-
archiconocido bijvoeglijk naamwoord
-
bien conocido bijvoeglijk naamwoord
-
de mala fama bijvoeglijk naamwoord
-
consabido bijvoeglijk naamwoord
-
de sobra conocido bijvoeglijk naamwoord
-
muy conocido bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor berucht:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
archiconocido | berucht; notoir | overbekend |
bien conocido | berucht; notoir | overbekend |
consabido | berucht; notoir | |
de mala fama | berucht; notoir | beruchte; geruchtmakend; notoire; opzienbarend |
de sobra conocido | berucht; notoir | overbekend; welbekend; wijdvermaard |
famoso | berucht; notoir | befaamd; beroemd; fameus; glorierijk; overbekend; roemrijk; roemvol; vermaard; welbekend; wijdvermaard |
muy conocido | berucht; notoir | overbekend; welbekend; wijdvermaard |
notorio | berucht; notoir | beruchte; blijkbaar; geruchtmakend; klaarblijkelijk; notoire; onmiskenbaar; opzienbarend; overbekend; overduidelijk; ruchtbaar |