Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. bekabeld:
  2. bekabelen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bekabeld (Nederlands) in het Spaans

bekabeld:

bekabeld bijvoeglijk naamwoord

  1. bekabeld
    cableado

Vertaal Matrix voor bekabeld:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cableado bekabeld

bekabelen:

bekabelen werkwoord (bekabel, bekabelt, bekabelde, bekabelden, bekabeld)

  1. bekabelen

Conjugations for bekabelen:

o.t.t.
  1. bekabel
  2. bekabelt
  3. bekabelt
  4. bekabelen
  5. bekabelen
  6. bekabelen
o.v.t.
  1. bekabelde
  2. bekabelde
  3. bekabelde
  4. bekabelden
  5. bekabelden
  6. bekabelden
v.t.t.
  1. heb bekabeld
  2. hebt bekabeld
  3. heeft bekabeld
  4. hebben bekabeld
  5. hebben bekabeld
  6. hebben bekabeld
v.v.t.
  1. had bekabeld
  2. had bekabeld
  3. had bekabeld
  4. hadden bekabeld
  5. hadden bekabeld
  6. hadden bekabeld
o.t.t.t.
  1. zal bekabelen
  2. zult bekabelen
  3. zal bekabelen
  4. zullen bekabelen
  5. zullen bekabelen
  6. zullen bekabelen
o.v.t.t.
  1. zou bekabelen
  2. zou bekabelen
  3. zou bekabelen
  4. zouden bekabelen
  5. zouden bekabelen
  6. zouden bekabelen
diversen
  1. bekabel!
  2. bekabelt!
  3. bekabeld
  4. bekabelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor bekabelen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dotar de cables bekabelen
poner un cable bekabelen

Wiktionary: bekabelen

bekabelen
verb
  1. van kabels voorzien