Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. auditor:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor auditor (Nederlands) in het Spaans

auditor:

auditor [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de auditor
    el oyente; el auditor; el verificador; el radioyente

Vertaal Matrix voor auditor:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
auditor auditor accountant; luisteraar; registeraccountant; toehoorder; verificateur
oyente auditor luisteraar; toehoorder
radioyente auditor toehoorder
verificador auditor

Verwante woorden van "auditor":

  • auditoren, auditors