Nederlands
Uitgebreide vertaling voor afgepast (Nederlands) in het Spaans
afgepast:
-
afgepast
Vertaal Matrix voor afgepast:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
justo | eerlijke; rechtschapene; rechtvaardige | |
Not Specified | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
justo | precies goed | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
exacto | afgepast | accuraat; correct; exact; gedetailleerd; goed; haarfijn; juist; krek; minutieus; nauwgezet; nauwkeurig; nauwkeurig geteld; nauwlettend; net; precies; ragfijn; secuur; stipt; trefzeker; zorgvuldig |
justo | afgepast | billijk; contemplatief; correct; eerlijk; fair; ferm; fideel; fiks; flink; gegrond; geldig; gepast; gerechtvaardigd; geschikt; gewettigd; goed; juist; keurig; kuis; net; net aan; netjes; openhartig; oprecht; precies; rechtmatig; rechtvaardig; redelijk; rein; rondborstig; schappelijk; schoon; stevig; terecht; trouwhartig; valide; wetmatig; wettig |
medido | afgepast | afgemeten; gemeten; opgemeten |
afpassen:
-
afpassen
medir; pagar con cambio; pagar en suelto; pagar la cantidad exacta-
medir werkwoord
-
pagar con cambio werkwoord
-
pagar en suelto werkwoord
-
pagar la cantidad exacta werkwoord
-
Conjugations for afpassen:
o.t.t.
- pas af
- past af
- past af
- passen af
- passen af
- passen af
o.v.t.
- paste af
- paste af
- paste af
- pasten af
- pasten af
- pasten af
v.t.t.
- heb afgepast
- hebt afgepast
- heeft afgepast
- hebben afgepast
- hebben afgepast
- hebben afgepast
v.v.t.
- had afgepast
- had afgepast
- had afgepast
- hadden afgepast
- hadden afgepast
- hadden afgepast
o.t.t.t.
- zal afpassen
- zult afpassen
- zal afpassen
- zullen afpassen
- zullen afpassen
- zullen afpassen
o.v.t.t.
- zou afpassen
- zou afpassen
- zou afpassen
- zouden afpassen
- zouden afpassen
- zouden afpassen
diversen
- pas af!
- past af!
- afgepast
- afpassende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
afpassen
el ir contando
Vertaal Matrix voor afpassen:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
ir contando | afpassen | aftellen; aftelling; aftelling voor lancering |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
medir | afpassen | afwegen; diepte bepalen; met zorg wegen; meten; opmeten; peilen |
pagar con cambio | afpassen | aftellen; geld afpassen; passen |
pagar en suelto | afpassen | aftellen; geld afpassen; passen |
pagar la cantidad exacta | afpassen | aftellen; geld afpassen; passen |