Verwachting: vertaling Nederlands

Overzicht

Nederlands naar Spaans: Meer gegevens...

verwachting:
- esperanza; expectación; expectativa; anticipación; previsión; perspectiva; embarazo
Wiktionary:
- verwachting → expectación, espera

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verwachting (Nederlands) in het Spaans

de verwachting (afwachting; hoop)
la esperanza; la expectación; la expectativa; la anticipación; la previsión; la perspectiva
- esperanza [la ~] zelfstandig naamwoord
- expectación [la ~] zelfstandig naamwoord
- expectativa [la ~] zelfstandig naamwoord
- anticipación [la ~] zelfstandig naamwoord
- previsión [la ~] zelfstandig naamwoord
- perspectiva [la ~] zelfstandig naamwoord
de verwachting (zwangerschap; dracht)
el embarazo
- embarazo [el ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
anticipación	afwachting; hoop; verwachting	anticiperen; bespoediging; verhaasting; vooruitbetaling; vooruitlopen op
embarazo	dracht; verwachting; zwangerschap	bedeesdheid; bleuheid; eenkennigheid; gegeneerdheid; geslotenheid; gêne; schichtigheid; schroom; schroomvalligheid; schuwheid; timiditeit; verlegenheid
esperanza	afwachting; hoop; verwachting
expectación	afwachting; hoop; verwachting
expectativa	afwachting; hoop; verwachting
perspectiva	afwachting; hoop; verwachting	beschouwing; gezicht; gezichtshoek; gezichtspunt; invalshoek; inzicht; kans; kijk; oogpunt; panorama; perspectief; prospect; standpunt; toekomst; uitzicht; vergezicht; visie; vooruitzicht; vue; zicht; zienswijs
previsión	afwachting; hoop; verwachting	anticiperen; helderziendheid; maatregel; prognose; schikking; vooruitlopen op; vooruitziendheid; voorziening

het denken of hopen dat het zal gebeuren¹
- we luisteren naar de weersverwachting¹

Cross Translation:

From	To	Via
• verwachting	→ expectación	↔ expectation — act or state of expecting
• verwachting	→ espera	↔ attente — Traductions à trier suivant le sens