Overzicht
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor gewaad (Nederlands) in het Spaans
gewaad:
Vertaal Matrix voor gewaad:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
ropaje | gewaad; kleren; tenue | dracht; folkloristisch kostuum; klederdracht; kleding; kleren; plunje; tenue; uitdossing |
vestido | gewaad; jurk; robe | dracht; folkloristisch kostuum; japon; klederdracht; kledingstuk; kleed; uitdossing |
vestidura | gewaad; jurk; kleren; robe; tenue | uitdossing |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
vestido | aangekleed; gekleed |
gewaad vorm van waden:
Conjugations for waden:
o.t.t.
- waad
- waadt
- waadt
- waden
- waden
- waden
o.v.t.
- waadde
- waadde
- waadde
- waadden
- waadden
- waadden
v.t.t.
- heb gewaad
- hebt gewaad
- heeft gewaad
- hebben gewaad
- hebben gewaad
- hebben gewaad
v.v.t.
- had gewaad
- had gewaad
- had gewaad
- hadden gewaad
- hadden gewaad
- hadden gewaad
o.t.t.t.
- zal waden
- zult waden
- zal waden
- zullen waden
- zullen waden
- zullen waden
o.v.t.t.
- zou waden
- zou waden
- zou waden
- zouden waden
- zouden waden
- zouden waden
diversen
- waad!
- waadt!
- gewaad
- wadend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor waden:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
vadear | waden |
Verwante woorden van "waden":
Wiktionary: waden
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• waden | → vadear | ↔ wade — to walk through water or something that impedes progress |
• waden | → caminar; vadear | ↔ waten — (intransitiv) im Wasser oder auf nachgebendem Untergrund langsam gehen, wobei die Beine bei jedem Schritt nacheinander angehoben werden |
• waden | → vadear; chapotear | ↔ patauger — marcher dans une eau bourbeux. |