Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. kak:
  2. kakken:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kak (Nederlands) in het Spaans

kak:

kak [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de kak (poep; schijt; stront; drek)
    la mierda; la caca; el excrementos; el estiércol; la caguada; la cagarruta; la heces fecales

Vertaal Matrix voor kak:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
caca drek; kak; poep; schijt; stront beer; drol; excrementen; fecaliën; feces; hoop; keutel; poephoop; stronthoop; stuk poep; uitscheiding; uitwerpsel; uitwerpselen
cagarruta drek; kak; poep; schijt; stront poephoop
caguada drek; kak; poep; schijt; stront
estiércol drek; kak; poep; schijt; stront gier; mest; vloeibare mest
excrementos drek; kak; poep; schijt; stront beer; excrementen; fecaliën; feces; uitscheiding; uitwerpselen
heces fecales drek; kak; poep; schijt; stront beer; excrementen; fecaliën; feces; uitscheiding; uitwerpselen
mierda drek; kak; poep; schijt; stront beer; excrementen; fecaliën; feces; uitscheiding; uitwerpselen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cagarruta babbelziek; loslippig
mierda tering; verdikkeme; verdoemd; verdomd; verdomme; verdorie; vervloekt

Verwante woorden van "kak":


Wiktionary: kak


Cross Translation:
FromToVia
kak mierda; caca shit — solid excretory product evacuated from the bowel

kakken:

kakken werkwoord (kak, kakt, kakte, kakten, gekakt)

  1. kakken
    cagar

Conjugations for kakken:

o.t.t.
  1. kak
  2. kakt
  3. kakt
  4. kakken
  5. kakken
  6. kakken
o.v.t.
  1. kakte
  2. kakte
  3. kakte
  4. kakten
  5. kakten
  6. kakten
v.t.t.
  1. heb gekakt
  2. hebt gekakt
  3. heeft gekakt
  4. hebben gekakt
  5. hebben gekakt
  6. hebben gekakt
v.v.t.
  1. had gekakt
  2. had gekakt
  3. had gekakt
  4. hadden gekakt
  5. hadden gekakt
  6. hadden gekakt
o.t.t.t.
  1. zal kakken
  2. zult kakken
  3. zal kakken
  4. zullen kakken
  5. zullen kakken
  6. zullen kakken
o.v.t.t.
  1. zou kakken
  2. zou kakken
  3. zou kakken
  4. zouden kakken
  5. zouden kakken
  6. zouden kakken
diversen
  1. kak!
  2. kakt!
  3. gekakt
  4. kakkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor kakken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cagar kakken

Verwante woorden van "kakken":


Wiktionary: kakken

kakken
verb
  1. (overgankelijk) informeel|nld poepen

Cross Translation:
FromToVia
kakken defecar déféquerexpulser les matières fécales.