Overzicht
Nederlands naar Spaans: Meer gegevens...
-
gelijk:
- igual; idéntico; similar; como; parecido; semejante; análogo; suave; astuto; equilibrado; horizontal; apagado; monótono; fino; a bocajarro; tajantemente; a sotavento; el mismo; lo mismo; equivalente; sin cambiar; parejo; otro tanto; uniforme; homogéneo; conforme a; sin cambios; al igual que; inalterado; sin modificar; de acuerdo con; a la par; con arreglo a; equilátero; idénticamente; inmediatamente; enseguida; directo; en seguida; instantáneamente; de inmediato; al mismo tiempo; al instante; en el acto; igualmente; del mismo modo
- egual
- gelijken:
- Wiktionary:
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor gelijk (Nederlands) in het Spaans
gelijk:
-
gelijk (soortgelijk)
-
gelijk (vlak; effen; egaal; glad; geslepen; strak; plat; vlakuit)
suave; astuto; equilibrado; horizontal; apagado; monótono; igual; fino; a bocajarro; tajantemente; a sotavento-
suave bijvoeglijk naamwoord
-
astuto bijvoeglijk naamwoord
-
equilibrado bijvoeglijk naamwoord
-
horizontal bijvoeglijk naamwoord
-
apagado bijvoeglijk naamwoord
-
monótono bijvoeglijk naamwoord
-
igual bijvoeglijk naamwoord
-
fino bijvoeglijk naamwoord
-
a bocajarro bijvoeglijk naamwoord
-
tajantemente bijvoeglijk naamwoord
-
a sotavento bijvoeglijk naamwoord
-
-
gelijk (identiek; hetzelfde; exact hetzelfde; eender; eenvormig; net zo; geheel gelijk)
el mismo; idéntico; lo mismo; equivalente; igual; similar; sin cambiar; parejo; parecido; otro tanto; uniforme; homogéneo; conforme a; sin cambios; semejante; al igual que; análogo; inalterado; sin modificar; de acuerdo con; a la par; con arreglo a; equilátero; idénticamente-
el mismo bijvoeglijk naamwoord
-
idéntico bijvoeglijk naamwoord
-
lo mismo bijvoeglijk naamwoord
-
equivalente bijvoeglijk naamwoord
-
igual bijvoeglijk naamwoord
-
similar bijvoeglijk naamwoord
-
sin cambiar bijvoeglijk naamwoord
-
parejo bijvoeglijk naamwoord
-
parecido bijvoeglijk naamwoord
-
otro tanto bijvoeglijk naamwoord
-
uniforme bijvoeglijk naamwoord
-
homogéneo bijvoeglijk naamwoord
-
conforme a bijvoeglijk naamwoord
-
sin cambios bijvoeglijk naamwoord
-
semejante bijvoeglijk naamwoord
-
al igual que bijvoeglijk naamwoord
-
análogo bijvoeglijk naamwoord
-
inalterado bijvoeglijk naamwoord
-
sin modificar bijvoeglijk naamwoord
-
de acuerdo con bijvoeglijk naamwoord
-
a la par bijvoeglijk naamwoord
-
con arreglo a bijvoeglijk naamwoord
-
equilátero bijvoeglijk naamwoord
-
idénticamente bijvoeglijk naamwoord
-
-
gelijk (meteen; onmiddellijk; direct; terstond; dadelijk)
inmediatamente; enseguida; directo; en seguida; instantáneamente; de inmediato; al mismo tiempo; al instante; en el acto-
inmediatamente bijvoeglijk naamwoord
-
enseguida bijvoeglijk naamwoord
-
directo bijvoeglijk naamwoord
-
en seguida bijvoeglijk naamwoord
-
instantáneamente bijvoeglijk naamwoord
-
de inmediato bijvoeglijk naamwoord
-
al mismo tiempo bijvoeglijk naamwoord
-
al instante bijvoeglijk naamwoord
-
en el acto bijvoeglijk naamwoord
-
-
gelijk (hetzelfde; idem; eender)
– precies zoals iets of iemand anders 1lo mismo; igualmente; igual; idéntico; del mismo modo; otro tanto-
lo mismo bijvoeglijk naamwoord
-
igualmente bijvoeglijk naamwoord
-
igual bijvoeglijk naamwoord
-
idéntico bijvoeglijk naamwoord
-
del mismo modo bijvoeglijk naamwoord
-
otro tanto bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor gelijk:
Verwante woorden van "gelijk":
Synoniemen voor "gelijk":
Antoniemen van "gelijk":
Verwante definities voor "gelijk":
Wiktionary: gelijk
gelijk
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• gelijk | → parecido; semejante; igual | ↔ alike — having resemblance; similar |
• gelijk | → igual | ↔ equal — mathematics: exactly identical |
• gelijk | → igual | ↔ equal — the same in all respects |
• gelijk | → llano; parejo | ↔ even — flat and level |
• gelijk | → igual | ↔ even — equal |
• gelijk | → similar; semejante | ↔ like — similar |
• gelijk | → como | ↔ like — somewhat similar to |
• gelijk | → igual | ↔ gleich — Ähnlichkeit mehrerer Dinge; Die Eigenschaften zweier Dinge unterscheiden sich wenig, bzw. gar nicht. |
• gelijk | → liso; lisa | ↔ lisse — Sans aspérité ni rayure. |
• gelijk | → llano; achatado; plano | ↔ plat — sans relief. |
gelijk vorm van gelijken:
-
de gelijken
-
gelijken (lijken op; gelijkenis vertonen met)
parecerse a; mostrar parecido con; asemejarse; mostrar semejanza con-
parecerse a werkwoord
-
mostrar parecido con werkwoord
-
asemejarse werkwoord
-
mostrar semejanza con werkwoord
-
Conjugations for gelijken:
o.t.t.
- gelijk
- gelijkt
- gelijkt
- gelijken
- gelijken
- gelijken
o.v.t.
- geleek
- geleek
- geleek
- geleken
- geleken
- geleken
v.t.t.
- heb geleken
- hebt geleken
- heeft geleken
- hebben geleken
- hebben geleken
- hebben geleken
v.v.t.
- had geleken
- had geleken
- had geleken
- hadden geleken
- hadden geleken
- hadden geleken
o.t.t.t.
- zal gelijken
- zult gelijken
- zal gelijken
- zullen gelijken
- zullen gelijken
- zullen gelijken
o.v.t.t.
- zou gelijken
- zou gelijken
- zou gelijken
- zouden gelijken
- zouden gelijken
- zouden gelijken
diversen
- gelijk!
- gelijkt!
- geleken
- gelijkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor gelijken:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
iguales | gelijken | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
asemejarse | gelijken; gelijkenis vertonen met; lijken op | |
mostrar parecido con | gelijken; gelijkenis vertonen met; lijken op | |
mostrar semejanza con | gelijken; gelijkenis vertonen met; lijken op | |
parecerse a | gelijken; gelijkenis vertonen met; lijken op |
Computer vertaling door derden: