Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. vraagstuk:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vraagstuk (Nederlands) in het Spaans

vraagstuk:

vraagstuk [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het vraagstuk (opgave; opgaaf; kwestie; zwaarte; probleem)
    el asunto; la cuestión; el problema
  2. het vraagstuk (probleem; kwestie)
    el problema; el asunto; el tópico; el objeto de discusión; la cuestión; la disputa; la materia de discusión

Vertaal Matrix voor vraagstuk:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
asunto kwestie; opgaaf; opgave; probleem; vraagstuk; zwaarte aangelegenheid; affaire; ambacht; chapiter; geval; hoofdstuk; issue; kapittel; kwestie; kwesties; métier; onderwerp; problematiek; problemen; punt; stiel; subject; thema; thema van een boek; vak; zaak
cuestión kwestie; opgaaf; opgave; probleem; vraagstuk; zwaarte aangelegenheid; affaire; feit; financiële kwestie; gebeurtenis; geldzaak; geval; incident; interpellatie; kwestie; kwesties; problematiek; problemen; voorval; vraag; zaak
disputa kwestie; probleem; vraagstuk argument; debat; discussie; dispuut; drukte; feit; gebakkelei; gebeurtenis; gedachtenverandering; gedachtewisseling; gehakketak; gekibbel; gekif; gekijf; gekrakeel; geruzie; geschil; gesprek; handgemeen; heisa; incident; krakeel; onenigheid; redestrijd; redetwist; ruzie; schermutseling; twist; twistgesprek; voorval; woordenstrijd; woordenwisseling
materia de discusión kwestie; probleem; vraagstuk feit; gebeurtenis; geschil; incident; issue; kwestie; punt; ruzie; twist; verschilpunt; voorval
objeto de discusión kwestie; probleem; vraagstuk casus; feit; gebeurtenis; geval; incident; issue; kwestie; punt; voorval
problema kwestie; opgaaf; opgave; probleem; vraagstuk; zwaarte complicatie; gelazer; getob; ingewikkeldheid; kwesties; moeilijkheid; narigheid; penarie; probleem; problematiek; problemen; trammelant
tópico kwestie; probleem; vraagstuk casus; cliché; dooddoener; feit; gebeurtenis; gemeenplaats; geval; incident; issue; kwestie; kwesties; problematiek; problemen; punt; stereotiep beeld; stereotype; voorval
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tópico cliché

Verwante woorden van "vraagstuk":

  • vraagstukken

Wiktionary: vraagstuk

vraagstuk
noun
  1. dilemma, probleem

Cross Translation:
FromToVia
vraagstuk cuestión FrageAngelegenheit, Diskussionspunkt, Problem
vraagstuk problema problèmequestion scientifique à résoudre.

Verwante vertalingen van vraagstuk