Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. si:
  2. sí:
  3. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor SI (Spaans) in het Nederlands

si:

si bijvoeglijk naamwoord

  1. si (siempre que; con tal que)
    als; indien; mits
    • als bijvoeglijk naamwoord
    • indien bijvoeglijk naamwoord
    • mits bijvoeglijk naamwoord
  2. si
    als; indien
    • als bijvoeglijk naamwoord
    • indien bijvoeglijk naamwoord
  3. si (cuando)
    in zover

si

  1. si (o; u)
    of

Vertaal Matrix voor si:

Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
als a condición de que; con tal que; siempre que
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
indien a condición de que; con tal que; siempre que
mits a condición de que; con tal que; siempre que
of o; si; u
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
als con tal que; si; siempre que que
in zover cuando; si en la medida en que; en lo que concierne
indien con tal que; si; siempre que
mits con tal que; si; siempre que a condición de que; con tal que; consiguientemente; en consecuencia; por consiguiente; por eso; por lo tanto; por tanto; según eso; siempre que

Wiktionary: si

si
conjunction
  1. onder de voorwaarde dat
  2. twijfel

Cross Translation:
FromToVia
si was het maar zo dat; hebben; maar I wish — I would very much like that to be so, even though it is unlikely.
si indien; als if — supposing that
si of if — whether
si was het maar zo dat; maar; hebben if only — signifies a wish
si mochten should — If; in case of
si of whether — introducing indirect questions
si of whether — if, whether or not
si b H — achter Buchstabe des lateinischen Alphabets
si b h — 7. Ton der Grund-(C-Dur-)Tonleiter
si als; indien; of; ingeval; wanneer; ja; jawel; immers; toch; wel; zeker; ook si — Conjonction qui introduit une condition (suivie d’une conséquence) ou une supposition qui peut être supprimée en utilisant un conditionnel. Dans le cas où, à condition que, supposer que.

sí:

bijvoeglijk naamwoord

  1. ja
    • ja bijvoeglijk naamwoord
  2. (claro que sí; que sí)
    inderdaad; jazeker; jawel
  3. (ya)
    wel; jawel
    • wel bijwoord
    • jawel bijvoeglijk naamwoord
  4. (de verdad; no obstante; por cierto; )
    voorwaar

[el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el sí
    het jawoord
    • jawoord [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor :

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
jawoord
wel canal de desagüe; canalón; desagüe; drenaje; fuente; hoyo; pozo de agua; tubería; tubo de desagüe; tubo de evacuación
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
inderdaad claro que sí; que sí;
voorwaar a fin de cuentas; auténtico; bien es cierto que; ciertamente; cierto que; cierto que sí; claro que sí; de verdad; en realidad; es verdad que; muy correcto; no obstante; por cierto; que sí; realmente; seguro; ; verdaderamente; verdadero
wel ; ya ahora bien
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
inderdaad ; ya
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
ja ; ya
zich se; ; sí misma; sí mismas; sí mismo; sí mismos
zichzelf se; ; sí misma; sí mismas; sí mismo; sí mismos
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ja
jawel claro que sí; que sí; ; ya
jazeker claro que sí; que sí; ciertamente; claro que sí; realmente; verdaderamente

Verwante woorden van "sí":

  • síes, sís

Wiktionary:

adverb
  1. duidt bevestiging of instemming aan
noun
  1. het bevestigende antwoord op een huwelijksaanzoek

Cross Translation:
FromToVia
wel do — for emphasis
ja; jawel yeah — yes
ja yes — word used to indicate agreement or acceptance
ja yes — expression of pleasure, joy or great excitement
ja jadrückt Zustimmung, Einverständnis aus

Verwante vertalingen van SI