Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. onjuist:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor onjuist (Nederlands) in het Spaans

onjuist:

onjuist bijvoeglijk naamwoord

  1. onjuist (verkeerd; foutief; ten onrechte; )
    falso; incorrecto; travieso; equivocado; erróneo; equivocadamente; impropio; inexacto

Vertaal Matrix voor onjuist:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
equivocado verkeerde
falso verkeerde
travieso donderstraal; schoffie; vlegel; vlerk
- fout
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
erróneo ernaast; fout; foutief; mis; onjuist; onwaar; ten onrechte; verkeerd abusievelijk; mislukt; niet echt; ongepast; onkies; onvertogen; ten onrechte; vals; verkeerd
- verkeerd
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
equivocadamente ernaast; fout; foutief; mis; onjuist; onwaar; ten onrechte; verkeerd
equivocado ernaast; fout; foutief; mis; onjuist; onwaar; ten onrechte; verkeerd abusievelijk; ongepast; onkies; onvertogen; ten onrechte; verkeerd
falso ernaast; fout; foutief; mis; onjuist; onwaar; ten onrechte; verkeerd achterbaks; arglistig; argwaan opwekkend; bedriegelijk; bits; boefachtig; boosaardig; doortrapt; duister; duivelachtig; duivels; gedwongen; gefingeerd; geforceerd; gehaaid; gemaakt; gemaakte gevoelens; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gluiperig; huichelachtig; in het geniep; kattig; kwaadaardig; kwaadwillig; leep; leugenachtig; link; listig; louche; met slechte intentie; min; nagemaakt; nep; niet echt; onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; onbetrouwbaar; onecht; ongebruikt; ongeopend; onguur; onnatuurlijk; onoprecht; onwaar; onwaarachtig; pinnig; schurkachtig; slecht; slinks; sluw; snood; spinnig; stiekem; tweetongig; uitgekookt; vals; verdacht; vervalst
impropio ernaast; fout; foutief; mis; onjuist; onwaar; ten onrechte; verkeerd abusievelijk; niet goed vallend; onbehoorlijk; onbetamelijk; oneerbaar; oneigenlijk; onfatsoenlijk; ongehoord; ongepast; onkies; ontaard; onvertogen; onwelvoegelijk; onzedelijk; onzedig; ten onrechte; verkeerd
incorrecto ernaast; fout; foutief; mis; onjuist; onwaar; ten onrechte; verkeerd brutaal; hondsbrutaal; niet echt; onaardig; onbehoorlijk; onbetamelijk; onfatsoenlijk; ongehoord; ongepast; onhartelijk; onhebbelijk; onkies; onoorbaar; onpassend; ontoelaatbaar; onverdraagzaam; onvertogen; onvriendelijk; onwelgevoegelijk; onwelvoegelijk; onwelwillend; vals; verkeerd; vrijpostig
inexacto ernaast; fout; foutief; mis; onjuist; onwaar; ten onrechte; verkeerd inexact; niet echt; onnauwkeurig; onzorgvuldig; vals
travieso ernaast; fout; foutief; mis; onjuist; onwaar; ten onrechte; verkeerd baldadig; bengelachtig; guitig; jongensachtig; kwajongensachtig; olijk; ondeugend; roekeloos; schalkachtig; schalks; schelmachtig; schelms; snaaks; spotachtig

Verwante woorden van "onjuist":


Synoniemen voor "onjuist":


Antoniemen van "onjuist":


Verwante definities voor "onjuist":

  1. zoals het niet moet1
    • dit antwoord is onjuist1
  2. waar geen goede reden voor is1
    • het is onjuist om hem te straffen1

Wiktionary: onjuist


Cross Translation:
FromToVia
onjuist falso false — untrue, not factual, wrong
onjuist incorrecto; falso; equivocado wrong — incorrect
onjuist abusivo; malo abusif — Où il y a abus, qui est contraire à l’ordre, aux règles, aux lois.