Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor hele (Nederlands) in het Spaans

hele:

hele bijvoeglijk naamwoord

  1. hele (heel)
    del todo; completo; entero; enteramente; por completo; totalmente; completamente

Vertaal Matrix voor hele:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
completo heel; hele af; afgedaan; afgelopen; algeheel; beëindigd; compleet; faliekant; finaal; fulltime; gaaf; gedaan; gepleegd; gereed; gevuld; geëindigd; hartstikke; heel; helemaal; intact; klaar; kompleet; onverkort; opgevuld; over; plenair; totaal; uit; vierkant; vol; voleindigd; volgestopt; volkomen; volledig; volslagen; volstrekt; voltallig; voltooid; volwaardig; voorbij
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
entero geheel getal
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
completamente heel; hele algeheel; compleet; faliekant; finaal; fulltime; hartstikke; helemaal; kompleet; totaal; vierkant; volkomen; volledig; volslagen; volstrekt; voluit
del todo heel; hele compleet; faliekant; finaal; hartstikke; helemaal; totaal; vierkant; volledig; volstrekt
enteramente heel; hele algeheel; compleet; faliekant; finaal; hartstikke; helemaal; kompleet; vierkant; volkomen; volledig; volslagen; volstrekt
entero heel; hele algeheel; compleet; faliekant; finaal; gaaf; hartstikke; helemaal; kompleet; nieuw; onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; onbeschadigd; ongebruikt; ongeopend; onverkort; onverzwakt; pas gekocht; puntgaaf; vierkant; volkomen; volledig; volslagen; volstrekt
por completo heel; hele algeheel; compleet; faliekant; finaal; fulltime; gaaf; hartstikke; heel; helemaal; intact; kompleet; totaal; vierkant; volkomen; volledig; volslagen; volstrekt
totalmente heel; hele absoluut; algeheel; alleszins; compleet; enenmale; faliekant; finaal; fulltime; grondig; hartstikke; helemaal; in alle opzichten; in het geheel; kompleet; totaal; vierkant; volkomen; volledig; volslagen; volstrekt

Verwante woorden van "hele":


Wiktionary: hele


Cross Translation:
FromToVia
hele todo; toda all — throughout the whole of (a stated period of time)

hel:

hel [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de hel (duisternis)
    el infierno; la tinieblas; el infiernos

hel bijvoeglijk naamwoord

  1. hel
    infierno

Vertaal Matrix voor hel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
infierno duisternis; hel
infiernos duisternis; hel
tinieblas duisternis; hel
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
infierno hel

Verwante woorden van "hel":


Wiktionary: hel

hel
noun
  1. een plek waar de ziel van daartoe veroordeelde overledenen naar toe gaan

Cross Translation:
FromToVia
hel infierno hell — place of suffering in life
hel infierno hell — where sinners go
hel claro clair — Qui a l’éclat du jour, de la lumière.
hel infierno enfer — Religion

Verwante vertalingen van hele



Spaans

Uitgebreide vertaling voor hele (Spaans) in het Nederlands

hele vorm van helar:

helar werkwoord

  1. helar
    vriezen
    • vriezen werkwoord (vries, vriest, vroor, vroren, gevroren)
  2. helar
    bevriezen; tot ijs worden

Conjugations for helar:

presente
  1. hielo
  2. hielas
  3. hiela
  4. helamos
  5. heláis
  6. hielan
imperfecto
  1. helaba
  2. helabas
  3. helaba
  4. helábamos
  5. helabais
  6. helaban
indefinido
  1. helé
  2. helaste
  3. heló
  4. helamos
  5. helasteis
  6. helaron
fut. de ind.
  1. helaré
  2. helarás
  3. helará
  4. helaremos
  5. helaréis
  6. helarán
condic.
  1. helaría
  2. helarías
  3. helaría
  4. helaríamos
  5. helaríais
  6. helarían
pres. de subj.
  1. que hiele
  2. que hieles
  3. que hiele
  4. que helemos
  5. que heléis
  6. que hielen
imp. de subj.
  1. que helara
  2. que helaras
  3. que helara
  4. que heláramos
  5. que helarais
  6. que helaran
miscelánea
  1. ¡hiela!
  2. ¡helad!
  3. ¡no hieles!
  4. ¡no heléis!
  5. helado
  6. helando
1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

helar [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el helar (congelación; helarse)
    invriezing

Vertaal Matrix voor helar:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
invriezing congelación; helar; helarse
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bevriezen helar
tot ijs worden helar
vriezen helar

Synoniemen voor "helar":


Wiktionary: helar

helar
verb
  1. door afkoeling in vaste toestand komen
  2. onpr|nld meteorologie|nld het heersen van een temperatuur waarbij water kristalliseert tot ijs

Cross Translation:
FromToVia
helar bevriezen freeze — become solid due to low temperature
helar bevriezen; invriezen; vriezen freeze — lower something's temperature to freezing point
helar vriezen freeze — drop below zero
helar bevriezen einfrierenHilfsverb haben: durch Absenken der Temperatur unter den Gefrierpunkt haltbar machen
helar vriezen geler — Durcir, rendre solide par le froid, transformer en glace. (Sens général).

hele vorm van helarse:

helarse werkwoord

  1. helarse (enfriarse; refrescar; hundirse; )
    afkoelen; koel worden
    • afkoelen werkwoord (koel af, koelt af, koelde af, koelden af, afgekoeld)
    • koel worden werkwoord (word koel, wordt koel, werd koel, werden koel, koel geworden)
  2. helarse (enfriarse; calmarse; hundirse; )
    bekoelen
    • bekoelen werkwoord (bekoel, bekoelt, bekoelde, bekoelden, bekoeld)
  3. helarse (tranquilizarse; disminuir; hundirse; )
    tot bedaren komen; uitwoeden; wegsterven; verflauwen; luwen
    • tot bedaren komen werkwoord
    • uitwoeden werkwoord (woed uit, woedt uit, woedde uit, woedden uit, uitgewoed)
    • wegsterven werkwoord (sterf weg, sterft weg, stierf weg, stierven weg, weggestorven)
    • verflauwen werkwoord (verflauw, verflauwt, verflauwde, verflauwden, verflauwd)
    • luwen werkwoord (luw, luwt, luwde, luwden, geluwd)

Conjugations for helarse:

presente
  1. me hielo
  2. te hielas
  3. se hiela
  4. nos helamos
  5. os heláis
  6. se hielan
imperfecto
  1. me helaba
  2. te helabas
  3. se helaba
  4. nos helábamos
  5. os helabais
  6. se helaban
indefinido
  1. me helé
  2. te helaste
  3. se heló
  4. nos helamos
  5. os helasteis
  6. se helaron
fut. de ind.
  1. me helaré
  2. te helarás
  3. se helará
  4. nos helaremos
  5. os helaréis
  6. se helarán
condic.
  1. me helaría
  2. te helarías
  3. se helaría
  4. nos helaríamos
  5. os helaríais
  6. se helarían
pres. de subj.
  1. que me hiele
  2. que te hieles
  3. que se hiele
  4. que nos helemos
  5. que os heléis
  6. que se hielen
imp. de subj.
  1. que me helara
  2. que te helaras
  3. que se helara
  4. que nos heláramos
  5. que os helarais
  6. que se helaran
miscelánea
  1. ¡hiélate!
  2. ¡helaos!
  3. ¡no te hieles!
  4. ¡no os heléis!
  5. helado
  6. helándose
1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

helarse [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el helarse (congelación; helar)
    invriezing

Vertaal Matrix voor helarse:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afkoelen enfriar; refrigerar
bekoelen refrigerar
invriezing congelación; helar; helarse
wegsterven morirse
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afkoelen enfriarse; entibiarse; helarse; hundirse; ponerse frío; refrescar; refrigerar refrigerar
bekoelen calmarse; debilitarse; enfriarse; entibiarse; helarse; hundirse; sosegarse; tranquilizarse
koel worden enfriarse; entibiarse; helarse; hundirse; ponerse frío; refrescar; refrigerar
luwen adormilarse; amodorrarse; calmarse; disminuir; helarse; hundirse; tranquilizarse
tot bedaren komen adormilarse; amodorrarse; calmarse; disminuir; helarse; hundirse; tranquilizarse
uitwoeden adormilarse; amodorrarse; calmarse; disminuir; helarse; hundirse; tranquilizarse desahogarse; desfogarse
verflauwen adormilarse; amodorrarse; calmarse; disminuir; helarse; hundirse; tranquilizarse aflojar; debilitarse; entibiar
wegsterven adormilarse; amodorrarse; calmarse; disminuir; helarse; hundirse; tranquilizarse

Wiktionary: helarse


Cross Translation:
FromToVia
helarse bevriezen gefrieren — (intransitiv) durch Kälteeinwirkung fest und hart werden, zu Eis erstarren