Overzicht
Nederlands naar Spaans: Meer gegevens...
-
opnemen:
- acoger; coger; absorber; empaparse; tomarse con fruición; grabar; incorporar; beberse; alzar; sorber; beberse haciendo ruido; sorber ruidosamente; sorber haciendo ruido; ciudar de; grabar un texto en la cinta; recordar; retener; reservarse; capturar
- grabación; el acto de grabar en cinta; absorbimiento; absorción; absorbencia
-
Wiktionary:
- opnemen → grabar, sacar, medir, tomar la medida
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor opnemen (Nederlands) in het Spaans
opnemen:
-
opnemen (opslorpen; absorberen; opslurpen)
acoger; coger; absorber; empaparse; tomarse con fruición; grabar; incorporar; beberse; alzar; sorber; beberse haciendo ruido; sorber ruidosamente; sorber haciendo ruido-
acoger werkwoord
-
coger werkwoord
-
absorber werkwoord
-
empaparse werkwoord
-
tomarse con fruición werkwoord
-
grabar werkwoord
-
incorporar werkwoord
-
beberse werkwoord
-
alzar werkwoord
-
sorber werkwoord
-
beberse haciendo ruido werkwoord
-
sorber ruidosamente werkwoord
-
sorber haciendo ruido werkwoord
-
-
opnemen (absorberen)
-
opnemen (opvangen)
-
opnemen (inspreken)
-
opnemen (onthouden; opslaan)
-
opnemen
Conjugations for opnemen:
o.t.t.
- neem op
- neemt op
- neemt op
- nemen op
- nemen op
- nemen op
o.v.t.
- nam op
- nam op
- nam op
- namen op
- namen op
- namen op
v.t.t.
- heb opgenomen
- hebt opgenomen
- heeft opgenomen
- hebben opgenomen
- hebben opgenomen
- hebben opgenomen
v.v.t.
- had opgenomen
- had opgenomen
- had opgenomen
- hadden opgenomen
- hadden opgenomen
- hadden opgenomen
o.t.t.t.
- zal opnemen
- zult opnemen
- zal opnemen
- zullen opnemen
- zullen opnemen
- zullen opnemen
o.v.t.t.
- zou opnemen
- zou opnemen
- zou opnemen
- zouden opnemen
- zouden opnemen
- zouden opnemen
en verder
- ben opgenomen
- bent opgenomen
- is opgenomen
- zijn opgenomen
- zijn opgenomen
- zijn opgenomen
diversen
- neem op!
- neemt op!
- opgenomen
- opnemend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
opnemen (tapen; opname)
-
opnemen (absorberen)
Vertaal Matrix voor opnemen:
Synoniemen voor "opnemen":
Antoniemen van "opnemen":
Verwante definities voor "opnemen":
Wiktionary: opnemen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• opnemen | → grabar | ↔ festhalten — aufzeichnen; speichern |
• opnemen | → grabar | ↔ record — (intransitive) make audio or video recording |
• opnemen | → sacar | ↔ withdraw — extract (money from an account) |
• opnemen | → medir; tomar la medida | ↔ mesurer — Chercher à connaître, ou déterminer une quantité par le moyen d’une mesure. |
Computer vertaling door derden: