Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. Canada:
  2. Wiktionary:
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Canadá:
  2. cañada:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor Canada (Nederlands) in het Spaans

Canada:

Canada [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. Canada
    Canadá

Vertaal Matrix voor Canada:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Canadá Canada

Wiktionary: Canada

Canada
proper noun
  1. een soevereine staat in de noordelijke helft van Noord-Amerika

Cross Translation:
FromToVia
Canada Canadá Canada — Country in North America
Canada Canadá Kanada — ein großer Flächenstaat im Norden des nordamerikanischen Kontinents
Canada Canadá Canada — pays d’Amérique du Nord



Spaans

Uitgebreide vertaling voor Canada (Spaans) in het Nederlands

Canadá:

Canadá zelfstandig naamwoord

  1. Canadá
    Canada
    • Canada [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Canadá:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Canada Canadá

Wiktionary: Canadá

Canadá
proper noun
  1. een soevereine staat in de noordelijke helft van Noord-Amerika

Cross Translation:
FromToVia
Canadá Canada Canada — Country in North America
Canadá Canada Kanada — ein großer Flächenstaat im Norden des nordamerikanischen Kontinents
Canadá Canada Canada — pays d’Amérique du Nord

cañada:

cañada [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la cañada (camino rural; camino; sendero; )
    het pad; de landweg; het paadje; het trekpad; de buitenweg; de dreef
    • pad [het ~] zelfstandig naamwoord
    • landweg [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • paadje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • trekpad [het ~] zelfstandig naamwoord
    • buitenweg [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • dreef [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. la cañada (pisada; camino; sendero; )
    het voetspoor

Vertaal Matrix voor cañada:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
buitenweg calzada; camino; camino rural; camino vecinal; carretera; cañada; paso; pisada; senda; sendero; vereda
dreef calzada; camino; camino rural; camino vecinal; carretera; cañada; paso; pisada; senda; sendero; vereda alameda; avenida; paseo
landweg calzada; camino; camino rural; camino vecinal; carretera; cañada; paso; pisada; senda; sendero; vereda vía rural
paadje calzada; camino; camino rural; camino vecinal; carretera; cañada; paso; pisada; senda; sendero; vereda camino de sirga
pad calzada; camino; camino rural; camino vecinal; carretera; cañada; paso; pisada; senda; sendero; vereda barrio; barrote; calzada; camino de sirga; carretera; paso; ronda; sapo; trayecto; trayectoria; turno
trekpad calzada; camino; camino rural; camino vecinal; carretera; cañada; paso; pisada; senda; sendero; vereda camino de sirga
voetspoor calzada; camino; cañada; pisada; senda; sendero; vereda
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
pad ruta de acceso

Verwante woorden van "cañada":

  • cañadas

Synoniemen voor "cañada":


Wiktionary: cañada


Cross Translation:
FromToVia
cañada ravijn; kloofdal ravine — a deep narrow valley