Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor haakje (Nederlands) in het Spaans

haakje:

haakje [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het haakje (ophanghaakje)
    el gancho
    • gancho [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor haakje:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gancho haakje; ophanghaakje aanbrenger; aanlokker; haak; klantenlokker; klem; klemhaak; kram; ophanghaak; runner; spanhaak; stoepier; tekenhaak; wielklem

Verwante woorden van "haakje":


Wiktionary: haakje

haakje
noun
  1. een leesteken

Cross Translation:
FromToVia
haakje paréntesis bracket — "(" and ")"
haakje grapa; corchete; gafete agrafe — Sorte de crochet qui passer dans un anneau appeler porte et qui sert à attacher ensemble différentes choses.
haakje corchete; gafete fermoir — Sorte de fermeture, serrure ou ressort s’appliquer à certains objets, tels que livres, colliers, bracelets, médaillons, coffrets, etc.
haakje grapa; laña parenthèse — incise dans la phrase

haakje vorm van haak:

haak [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de haak (ophanghaak)
    el corchete; el gancho; el ganchito; el bichero; la percha; el anzuelo; la escuadra; la aldabilla; el gancho para colgar; el garfio
  2. de haak (tekenhaak)
    la percha; la horquilla; el gancho; el anzuelo; el garfio; el botador; el ganchito; el bichero; la aldabilla
    • percha [la ~] zelfstandig naamwoord
    • horquilla [la ~] zelfstandig naamwoord
    • gancho [el ~] zelfstandig naamwoord
    • anzuelo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • garfio [el ~] zelfstandig naamwoord
    • botador [el ~] zelfstandig naamwoord
    • ganchito [el ~] zelfstandig naamwoord
    • bichero [el ~] zelfstandig naamwoord
    • aldabilla [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor haak:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aldabilla haak; ophanghaak; tekenhaak
anzuelo haak; ophanghaak; tekenhaak aas; angel; gifangel; klinknagel; loer; lokaas; lokmiddel; lokvogel; nagel; spijker; streek; vishaak; weerhaak
bichero haak; ophanghaak; tekenhaak
botador haak; tekenhaak bootshaak
corchete haak; ophanghaak bracket
escuadra haak; ophanghaak 3-hoekige scheur; eskader; smaldeel; tekendriehoek; vlooteskader; winkelhaak
ganchito haak; ophanghaak; tekenhaak
gancho haak; ophanghaak; tekenhaak aanbrenger; aanlokker; haakje; klantenlokker; klem; klemhaak; kram; ophanghaakje; runner; spanhaak; stoepier; wielklem
gancho para colgar haak; ophanghaak
garfio haak; ophanghaak; tekenhaak klem; klemhaak; kram
horquilla haak; tekenhaak aftakking; driesprong; haarspeld; haarspeldje; splitsing; vertakking; wegsplitsing
percha haak; ophanghaak; tekenhaak kapstok; kledingstandaard; kleerhanger; knaapje
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
percha baars

Verwante woorden van "haak":


Verwante definities voor "haak":

  1. omgebogen voorwerp waar je iets aan kunt hangen1
    • hang je jas maar op de haak van de kapstok1

Wiktionary: haak

haak
noun
  1. een soort gebogen nagel, waaraan men, als deze in de muur bevestigd is, voorwerpen kan ophangen

Cross Translation:
FromToVia
haak broche; hebilla; corchete; manija clasp — fastener or holder
haak gancho; garfio hook — rod bent into a curved shape
haak anzuelo hook — fishhook
haak gancho Haken — geschwungen oder eckig gekrümmte Vorrichtung zum Aufhängen oder Einhaken von Objekten, meist aus Metall, Holz oder Kunststoff geformt.
haak gancho; garfio crochet — Petit morceau de métal recourbé servant à accrocher ou attacher quelque chose.