Nederlands
Uitgebreide vertaling voor pracht (Nederlands) in het Spaans
pracht:
-
de pracht (praal; glans; luister; pronk)
la ostentación; el esplendor; el adorno; el lustre; el brillo; la gloria; el glande; el resplandor; la pompa; el boato; la fastuosidad; la brillantez -
de pracht (luxe; overvloed; weelderigheid; weelde)
el lujo; la riqueza; la magnificencia; la abundancia; la grandeza; la suntuosidad; la plétora; la profusión -
de pracht (schoonheid)
Vertaal Matrix voor pracht:
Verwante woorden van "pracht":
Computer vertaling door derden: