Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. marine:
  2. Wiktionary:
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. marinar:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor marine (Nederlands) in het Spaans

marine:

marine [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de marine (zeemacht)
    la marina; la fuerzas navales
  2. de marine

Vertaal Matrix voor marine:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fuerzas navales marine; zeemacht vloot; zeemacht; zeevloot
marina marine; zeemacht
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
marina de guerra marine

Verwante woorden van "marine":

  • marines

Wiktionary: marine

marine
noun
  1. zeemacht

Cross Translation:
FromToVia
marine marina navy — sea force
marine marina Marine — die zur Seekriegsführung bestimmten Streitkraft eines Staates
marine marina marine — Tableau représentant un port de mer, ou quelque vue de la mer.



Spaans

Uitgebreide vertaling voor marine (Spaans) in het Nederlands

marine vorm van marinar:

marinar werkwoord

  1. marinar (conservar en adobo)
    marineren; toebereiden
    • marineren werkwoord (marineer, marineert, marineerde, marineerden, gemarineerd)
    • toebereiden werkwoord (bereid toe, bereidt toe, bereidde toe, bereidden toe, toebereid)

Conjugations for marinar:

presente
  1. marino
  2. marinas
  3. marina
  4. marinamos
  5. marináis
  6. marinan
imperfecto
  1. marinaba
  2. marinabas
  3. marinaba
  4. marinábamos
  5. marinabais
  6. marinaban
indefinido
  1. mariné
  2. marinaste
  3. marinó
  4. marinamos
  5. marinasteis
  6. marinaron
fut. de ind.
  1. marinaré
  2. marinarás
  3. marinará
  4. marinaremos
  5. marinaréis
  6. marinarán
condic.
  1. marinaría
  2. marinarías
  3. marinaría
  4. marinaríamos
  5. marinaríais
  6. marinarían
pres. de subj.
  1. que marine
  2. que marines
  3. que marine
  4. que marinemos
  5. que marinéis
  6. que marinen
imp. de subj.
  1. que marinara
  2. que marinaras
  3. que marinara
  4. que marináramos
  5. que marinarais
  6. que marinaran
miscelánea
  1. ¡marina!
  2. ¡marinad!
  3. ¡no marines!
  4. ¡no marinéis!
  5. marinado
  6. marinando
1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

marinar [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el marinar
    marineren

Vertaal Matrix voor marinar:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
marineren marinar
toebereiden preparar
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
marineren conservar en adobo; marinar
toebereiden conservar en adobo; marinar aderezar; preparar

Synoniemen voor "marinar":


Wiktionary: marinar


Cross Translation:
FromToVia
marinar marineren marinate — soak in marinade
marinar marineren marinieren — (transitiv) Gastronomie: Fleisch oder Fisch längere Zeit in eine gewürzte Soße (Marinade) legen und durchziehen lassen