Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. virus:
  2. Wiktionary:
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. virus:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor virus (Nederlands) in het Spaans

virus:

virus [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het virus

Vertaal Matrix voor virus:

Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
virus virus

Wiktionary: virus

virus
noun
  1. biologie|nld een ziekteverwekker die veel kleiner is dan een bacterie
  2. informatica|nld een computervirus

Cross Translation:
FromToVia
virus virus computer virus — a program
virus virus virus — DNA/RNA causing disease
virus virus virus — Entité biologique qui nécessite une cellule hôte



Spaans

Uitgebreide vertaling voor virus (Spaans) in het Nederlands

virus:

virus

  1. virus
    het virus
    • virus [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor virus:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
virus virus

Synoniemen voor "virus":


Wiktionary: virus

virus
noun
  1. biologie|nld een ziekteverwekker die veel kleiner is dan een bacterie
  2. informatica|nld een computervirus

Cross Translation:
FromToVia
virus computervirus; virus computer virus — a program
virus virus virus — DNA/RNA causing disease
virus virus virus — Entité biologique qui nécessite une cellule hôte

Verwante vertalingen van virus