Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor rang (Nederlands) in het Spaans

rang:

rang [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de rang (maatschappelijke klasse; klasse; stand; orde; slag)
    la capa; la clase; la clase social; la categoría; la condición social
  2. de rang (rangorde; gelid)
    el rango; la fila; el título; la categoría
    • rango [el ~] zelfstandig naamwoord
    • fila [la ~] zelfstandig naamwoord
    • título [el ~] zelfstandig naamwoord
    • categoría [la ~] zelfstandig naamwoord
  3. de rang (rangorde; hiërarchie; volgorde)
    la jerarquía; la disposición; el rango; la clasificación

Vertaal Matrix voor rang:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
capa klasse; maatschappelijke klasse; orde; rang; slag; stand afdeling; bolster; bovenblad; cape; coating; dekblad; dekmantel; departement; detachement; dop; echelon; film; filmpje; filmrolletje; geleding; huidje; jack; laag; laagje; omhulling; schaal; schil; schilletje; schoudermantel; schulp; schutblad; sectie; tak; velletje
categoría gelid; klasse; maatschappelijke klasse; orde; rang; rangorde; slag; stand aantal personen bijeen; aard; afdeling; categorie; classificatie; departement; detachement; genre; gezelschap; graad; groep; klasse; kleurcategorie; niveau; onderverdeling; peil; sectie; slag; soort; tak; type
clase klasse; maatschappelijke klasse; orde; rang; slag; stand aantal personen bijeen; aard; categorie; classificatie; college; collegezaal; collegium; cursus; cursusprogramma; genre; gezelschap; groep; instructie; klas; klaslokaal; klasse; klassenlokaal; leerprogramma; lering; les; leslokaal; lesprogramma; lesuur; lokaal; middelbare school; objectklasse; onderricht; onderrichting; onderverdeling; onderwijs; onderwijsprogramma; schooljaar; schoolklas; schoollokaal; slag; sociale groep; soort; type; universitaire les; vaklokaal
clase social klasse; maatschappelijke klasse; orde; rang; slag; stand maatschappelijke klasse
clasificación hiërarchie; rang; rangorde; volgorde annexatie; arrangement; assemblage; assembleren; classificatie; indeling; inlijving; karakterisering; klassement; klassenindeling; klassering; montage; opstelling; ordening; rangschikken; rangschikking; samenstelling; samenvoeging; schikking; typering
condición social klasse; maatschappelijke klasse; orde; rang; slag; stand
disposición hiërarchie; rang; rangorde; volgorde afgifte; afrekenen; afrekening; afspraak; akkoord; bezorging; geleverde; gemoedsgesteldheid; gereedheid; gezindheid; indeling; instelling; leverantie; levering; opzet; overeenkomst; overtuiging; paraatheid; plan; psychische toestand; regeling; schikking; stemming; tendentie; vaststaande mening; vereffening; verrekening; voornemen
fila gelid; rang; rangorde aaneenschakeling; chocolade; chocoladereep; gelid; keten; rangschikken; rangschikking; record; reeks; reep; rij; rij manschappen; rijtje; serie
jerarquía hiërarchie; rang; rangorde; volgorde hiërarchie; rangschikken; rangschikking
rango gelid; hiërarchie; rang; rangorde; volgorde bereik; graad; militaire rang; niveau; peil
título gelid; rang; rangorde aanspraak; boektitel; graad; kop; krantenkop; militaire rang; opschrift; recht; rechtsgrond; rechtstitel; titel; titelbalk; titulatuur; waardigheidstitel
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
categoría categorie

Verwante woorden van "rang":

  • rangen

Wiktionary: rang


Cross Translation:
FromToVia
rang grado Gradakademischer Titel
rang grado rank — a level in an organization such as the military
rang ranking ranking — placement in a list
rang capa; enlace tier — layer or rank

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van rang