Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. schuldenaar:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor schuldenaar (Nederlands) in het Spaans

schuldenaar:

schuldenaar [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de schuldenaar
    el acreedor; el deudor; la deudora
    • acreedor [el ~] zelfstandig naamwoord
    • deudor [el ~] zelfstandig naamwoord
    • deudora [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor schuldenaar:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
acreedor schuldenaar crediteur; kredietgever; leningverstrekker; schuldeiser
deudor schuldenaar crediteur; debiteur; lener
deudora schuldenaar crediteur; debiteure

Verwante woorden van "schuldenaar":


Wiktionary: schuldenaar

schuldenaar
noun
  1. iemand die iets (meestal geld) aan iemand anders verschuldigd is