Catastrofe: vertaling Nederlands

Remove Ads

Overzicht

Nederlands naar Spaans: Meer gegevens...

catastrofe:
- miseria; catástrofe; desastre; siniestro; calamidad; fatalidad
Wiktionary:
- catastrofe → catástrofe
- catastrofe → catástrofe, baja, decadencia

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

catástrofe:
- moeilijkheden; ongeluk; ellende; ramp; onheil; malheur; tegenslag; rampspoed; terugslag; pech; onspoed; tegenspoed; gevaar; onheilsdreiging
- catastrofe; ramp
Wiktionary:
- catástrofe → catastrofe
- catástrofe → ramp, catastrofe, ontknoping, debâcle, ondergang, verval, onheil

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor catastrofe (Nederlands) in het Spaans

catastrofe:

catastrofe [de ~] zelfstandig naamwoord

de catastrofe (ramp)
la miseria; la catástrofe; el desastre; el siniestro; la calamidad; la fatalidad
- miseria [la ~] zelfstandig naamwoord
- catástrofe [la ~] zelfstandig naamwoord
- desastre [el ~] zelfstandig naamwoord
- siniestro [el ~] zelfstandig naamwoord
- calamidad [la ~] zelfstandig naamwoord
- fatalidad [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor catastrofe:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
calamidad	catastrofe; ramp	agonie; epidemie; ergernis; farce; grief; hinder; kwelling; nood; overlast; pest; plaag; schertsvertoning; torment; verschrikking
catástrofe	catastrofe; ramp	ellende; gevaar; malheur; moeilijkheden; ongeluk; onheil; onheilsdreiging; onspoed; pech; ramp; rampspoed; tegenslag; tegenspoed; terugslag
desastre	catastrofe; ramp	broddelwerk; debacle; ellende; farce; gebrek; gelazer; gemekker; gevaar; gezanik; gezeur; handicap; ineenstorting; ineenzakking; instorting; kladwerk; knoeiwerk; knutselwerk; kommer; kwel; lichaamsgebrek; malheur; misère; moeilijkheden; narigheid; nood; noodtoestand; ongeluk; onheil; onheilsdreiging; onspoed; pech; prutswerk; ramp; rampspoed; schertsvertoning; tegenslag; tegenspoed; terugslag; trammelant
fatalidad	catastrofe; ramp	noodlottigheid; rampzaligheid
miseria	catastrofe; ramp	armoede; armzaligheid; barheid; behoeftigheid; chagrijn; droefenis; ellende; ergernis; gebrek; gelazer; gemekker; gezanik; gezeur; hulpbehoevendheid; karigheid; kommer; kwel; leed; misère; moeilijkheden; moeilijkheid; narigheid; nood; noodwendigheid; penarie; pijn; poverheid; probleem; problemen; schamelheid; schraalheid; sores; tegenslagen; trammelant; treurigheid; treurnis; verdriet; zorgen
siniestro	catastrofe; ramp	schadegeval
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
desastre		knudde
siniestro		akelig; angstaanjagend; beangstigend; donker; dreigend; dubieus; duister; eng; glibberig; griezelig; huiveringwekkend; louche; luguber; obscuur; onappetijtelijk; onbetrouwbaar; onduidelijk; onguur; onheilspellend; onsmakelijk; sinister; verdacht; walgelijk; wollig

Verwante woorden van "catastrofe":

catastrofen, catastrofes

Wiktionary: catastrofe

catastrofe

noun

een algemene ramp
- catastrofe → catástrofe

Cross Translation:

From	To	Via
• catastrofe	→ catástrofe	↔ catastrophe — évènement soudain, qui, bouleverser le cours des choses, amener la destruction, la ruine, la mort.
• catastrofe	→ baja; decadencia; catástrofe	↔ désastre — événement funeste ; grand malheur ; les effets qui en résulter.

Spaans

Uitgebreide vertaling voor catastrofe (Spaans) in het Nederlands

catástrofe:

catástrofe [el ~] zelfstandig naamwoord

el catástrofe (desgracia; desastre; mala suerte; contratiempos; desdicha; infortunio)
moeilijkheden; ongeluk; ellende; ramp; onheil; malheur; tegenslag; rampspoed; terugslag; pech; onspoed; tegenspoed
- moeilijkheden [znw.] zelfstandig naamwoord
- ongeluk [znw.] zelfstandig naamwoord
- ellende [znw.] zelfstandig naamwoord
- ramp [znw.] zelfstandig naamwoord
- onheil [znw.] zelfstandig naamwoord
- malheur [znw.] zelfstandig naamwoord
- tegenslag [znw.] zelfstandig naamwoord
- rampspoed [znw.] zelfstandig naamwoord
- terugslag [znw.] zelfstandig naamwoord
- pech [znw.] zelfstandig naamwoord
- onspoed [znw.] zelfstandig naamwoord
- tegenspoed [znw.] zelfstandig naamwoord
el catástrofe (desastre)
de ramp; het gevaar; het onheil; onheilsdreiging
- ramp [de ~] zelfstandig naamwoord
- gevaar [het ~] zelfstandig naamwoord
- onheil [het ~] zelfstandig naamwoord
- onheilsdreiging [znw.] zelfstandig naamwoord

catástrofe [la ~] zelfstandig naamwoord

la catástrofe (miseria; desastre; siniestro; calamidad; fatalidad)
de catastrofe; de ramp
- catastrofe [de ~] zelfstandig naamwoord
- ramp [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor catástrofe:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
catastrofe	calamidad; catástrofe; desastre; fatalidad; miseria; siniestro
ellende	catástrofe; contratiempos; desastre; desdicha; desgracia; infortunio; mala suerte	adversidad; aflicción; desastre; desgracia; mala suerte; miseria; pobreza; problemas; rollo; trapisonda
gevaar	catástrofe; desastre	inseguridad; peligro
malheur	catástrofe; contratiempos; desastre; desdicha; desgracia; infortunio; mala suerte	adversidad; desgracia; mala suerte
moeilijkheden	catástrofe; contratiempos; desastre; desdicha; desgracia; infortunio; mala suerte	adversidad; desgracia; dificultades; líos; mala suerte; miseria; problemas
ongeluk	catástrofe; contratiempos; desastre; desdicha; desgracia; infortunio; mala suerte	accidente; adversidad; aflicción; desgracia; mala suerte; melancolía; pena; pesar; tristeza
onheil	catástrofe; contratiempos; desastre; desdicha; desgracia; infortunio; mala suerte	adversidad; desgracia; mala suerte
onheilsdreiging	catástrofe; desastre
onspoed	catástrofe; contratiempos; desastre; desdicha; desgracia; infortunio; mala suerte	adversidad; desgracia; mala suerte
pech	catástrofe; contratiempos; desastre; desdicha; desgracia; infortunio; mala suerte	adversidad; desgracia; mala suerte
ramp	calamidad; catástrofe; contratiempos; desastre; desdicha; desgracia; fatalidad; infortunio; mala suerte; miseria; siniestro	adversidad; aflicción; desastre; desgracia; dificultades; líos; mala suerte; molestias
rampspoed	catástrofe; contratiempos; desastre; desdicha; desgracia; infortunio; mala suerte	adversidad; aflicción; desastre; desgracia; dificultades; líos; mala suerte; molestias
tegenslag	catástrofe; contratiempos; desastre; desdicha; desgracia; infortunio; mala suerte	adversidad; desgracia; mala suerte
tegenspoed	catástrofe; contratiempos; desastre; desdicha; desgracia; infortunio; mala suerte	adversidad; desgracia; mala suerte
terugslag	catástrofe; contratiempos; desastre; desdicha; desgracia; infortunio; mala suerte	contratiempo; decepción; desengaño; desilusión; mala suerte; rebote; rechazo

Verwante woorden van "catástrofe":

catástrofes

Synoniemen voor "catástrofe":

acabose; colmo; exceso; súmmum; desastre; ruina
apocalipsis; hecatombe; cataclismo; tragedia; fin del mundo
debacle; calamidad; desgracia

Wiktionary: catástrofe

catástrofe

noun

een algemene ramp
- catastrofe → catástrofe

Cross Translation:

From	To	Via
• catástrofe	→ ramp; catastrofe; ontknoping	↔ catastrophe — évènement soudain, qui, bouleverser le cours des choses, amener la destruction, la ruine, la mort.
• catástrofe	→ debâcle; ondergang; verval; catastrofe; onheil; ramp	↔ désastre — événement funeste ; grand malheur ; les effets qui en résulter.

Verwante vertalingen van catastrofe

Remove Ads

Nederlandse en Spaanse zoekresultaten voor: catastrofe

Uitgebreide vertaling voor catastrofe (Nederlands) in het Spaans

catastrofe:

catastrofe [de ~] zelfstandig naamwoord

de catastrofe (ramp)

Vertaal Matrix voor catastrofe:

Verwante woorden van "catastrofe":

Wiktionary: catastrofe

Uitgebreide vertaling voor catastrofe (Spaans) in het Nederlands

catástrofe:

catástrofe [el ~] zelfstandig naamwoord

el catástrofe (desgracia; desastre; mala suerte; contratiempos; desdicha; infortunio)

el catástrofe (desastre)

catástrofe [la ~] zelfstandig naamwoord

la catástrofe (miseria; desastre; siniestro; calamidad; fatalidad)

Vertaal Matrix voor catástrofe:

Verwante woorden van "catástrofe":

Synoniemen voor "catástrofe":

Wiktionary: catástrofe

Verwante vertalingen van catastrofe