Nederlands
Uitgebreide vertaling voor het eens zijn (Nederlands) in het Spaans
het eens zijn: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- het: lo; el; la
- eens: alguna vez; una vez; un día; algún día; en algún momento
- zijn: estar; encontrarse; hallarse; ser; vivir; existir; su; existencia
Spelling Suggesties voor: het eens zijn
Wiktionary: het eens zijn
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• het eens zijn | → acuerdo | ↔ be one — be fit |
• het eens zijn | → admitir | ↔ admettre — recevoir par choix, faveur ou condescendance. |
Computer vertaling door derden: