Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. kerstmis:
  2. Kerstmis:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor Kerstmis (Nederlands) in het Spaans

kerstmis:

kerstmis [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de kerstmis
    la Navidad; la misa del gallo
  2. de kerstmis
    la misa de navidad; la misa de nochebuena; la misa navideña

Vertaal Matrix voor kerstmis:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Navidad kerstmis Kerst; kerst; kersttijd
misa de navidad kerstmis kersttijd
misa de nochebuena kerstmis kersttijd
misa del gallo kerstmis
misa navideña kerstmis kersttijd
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
Navidad Kerstmis

Verwante woorden van "kerstmis":

  • kerstmissen

Kerstmis:

Kerstmis

  1. Kerstmis

Vertaal Matrix voor Kerstmis:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Navidad Kerst; kerst; kerstmis; kersttijd
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
Navidad Kerstmis

Wiktionary: Kerstmis


Cross Translation:
FromToVia
Kerstmis Navidad Christmas — Christian holiday
Kerstmis Navidad WeihnachtenReligion: christlicher Feiertag am 25. Dezember, an dem die Geburt von Jesus Christus gefeiert wird; in vielen Staaten ein gesetzlicher Feiertag und Auftakt der Weihnachtsferien; in Deutschland, Österreich und Teilen der Schweiz kommt der 26. Dezember als zweiter staatlicher Feiertag (zw