Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. afwisseling:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor afwisseling (Nederlands) in het Spaans

afwisseling:

afwisseling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de afwisseling (variatie; variëteit; verandering; keuze)
    la variación; la variedad

Vertaal Matrix voor afwisseling:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
variación afwisseling; keuze; variatie; variëteit; verandering variantie
variedad afwisseling; keuze; variatie; variëteit; verandering mengeling; onderscheid; variété; veelsoortigheid; vermenging; verscheidenheid; verschil; verschillendheid
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
variedad van alles

Wiktionary: afwisseling

afwisseling
noun
  1. variatie