Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. bloot:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bloot (Nederlands) in het Spaans

bloot:

bloot bijvoeglijk naamwoord

  1. bloot (naakt; onbloot)
    desnudo

Vertaal Matrix voor bloot:

IdiomVerwante vertalingenAndere vertalingen
- in zijn blootje
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
desnudo bloot; naakt; onbloot blank; moedernaakt; onbedekt; onbewimpeld; ongelakt; onomwonden; onoverdekt; ontbloot; onverbloemd; onverholen; openhartig; poedelnaakt; ronduit; ruiterlijk; spiernaakt

Verwante woorden van "bloot":

  • blote

Wiktionary: bloot


Cross Translation:
FromToVia
bloot desnudo bare — naked, uncovered
bloot desnudo nude — without clothing or other covering
bloot desnudo nu — Qui n’a pas de vêtements, qui dévêtir.
bloot puro; mero pur — Qui est sans mélange.

Verwante vertalingen van bloot