Overzicht
Nederlands naar Spaans: Meer gegevens...
-
in zijn werk gaan:
-
Wiktionary:
in zijn werk gaan → funcionar
-
Wiktionary:
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor in zijn werk gaan (Nederlands) in het Spaans
in zijn werk gaan: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- in: en
- innen: percibir; recoger; cobrar; recaudar; platear; embolsar; cobro; reclamación; recaudación
- invaren: entrar navegando
- zijn: estar; encontrarse; hallarse; ser; vivir; existir; su; existencia
- Werk: Trabajo
- werk: trabajo; profesión; obra; cargo; empleo; actividad; creación; fabricación; obra de arte; obra artística; producto artificial; obras completas; trabajo asalariado; trabajo agrario por hora; lugar de trabajo; círculo laboral
- werken: trabajar; proceder; elaboración; acción; actividad; funcionamiento
- gaan: ir; dirigirse; andar; correr; mover; mover adelante; salir; partir; irse; marcharse; largarse
Wiktionary: in zijn werk gaan
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• in zijn werk gaan | → funcionar | ↔ fonctionner — accomplir sa fonction, en parlant d’un mécanisme, d’un organe, etc. |